Souterrain | Half onder de grond gesitueerde bouwlaag |
Spaarbeleggingshypotheek | In de levensverzekering van de hypotheek kan zowel worden gespaard (zoals bij een spaarhypotheek) als worden belegd (zoals bij een beleggingshypotheek). De verhouding tussen beide kan naar keuze worden bepaald. Tijdens de looptijd kan daarin nog verandering worden aangebracht. Geheel sparen (spaarvariant) of geheel beleggen (beleggingsvariant) kan ook. Voor het overhevelen van opgebouwd kapitaal van sparen naar beleggen en andersom, kunnen hoge kosten worden berekend. Zie ook `Levenhypotheek` |
Spaarhypotheek | De premie voor de meeverbonden levensverzekering dient voor een deel om het overlijdensrisico te verzekeren (de `risicopremie`) en voor hEt overige deel om de aflossing bij elkaar te sparen (de `spaarpremie`). Over de spaarpremie wordt een rente vergoed die altijd gelijk is aan de overeengekomen hypotheekrente. Er wordt een aflossingskapitaal bijeen gespaard dat op ieder moment even hoog is als de aflossing bij een vergelijkbare annuïteitenhypotheek. Op de einddatum is de beoogde aflossing gegarandeerd bijeen gespaard. |
Splitlevel woning | Huis waarbij de vloeren een halve verdiepingshoogte ten opzichte van elkaar verspringen |
Splitsings(-akte, -reglement, -vergunning | Verdeling via notariële akte (de splitsingsakte) van het recht op een gebouw in appartementsrechten, die vervolgens afzonderlijk kunnen worden verkocht. Vaak mag alleen worden gesplitst met een vergunning van de gemeente. In veel splitsingsaktes wordt het model splitsingsreglement geheel of gedeeltelijk van toepassing verklaard. Dit model reglement is opgesteld door het notariaat |
Staat van baten en lasten | Overzicht van opbrengsten (inkomsten) en kosten (uitgaven) over het afgelopen boekjaar, ook wel de exploitatierekening genoemd |
Stadsvernieuwingsfonds | Gemeentelijk of provinciaal fonds, waarin geldelijke steun van de rijksoverheid wordt ondergebracht |
Standaard Referentiebestek Woningbouw | Uitgebreide checklist voor het opstellen van een bestek, compleet met alle voorwaarden en bepalingen t.a.v. gesubsidieerde woningbouw |
Standaard Voorwaarden Rechtsverhouding opdrachtgever-archite | Weinig consumentvriendelijke regeling van de rechtsverhouding tussen architect en opdrachtgever. Laatstelijk herzien in 1997 |
Statuten | Voorschriften van een rechtspersoon |
Stichting Garantie- en Waarborgfonds Nederland | Waarborg met aan de GIW-regeling vergelijkbare verzekering die een particuliere opdrachtgever kan afsluiten als de aannemer niet is aangesloten bij het GIW |
Strekkende meter (m¹) | Een lengte van 1 meter, ongeacht de breedte. O.a. vloerbedekking wordt meestal verkocht per strekkende meter. Als de rol dan bijvoorbeeld 4 meter breed is, koopt u voor 10 m¹ (10 strekkende meter) 4 x 10 = 40 m² vloerbedekking (vierkante meter). Ook buizen, enz. gaan per strekkende meter |
Subjectsubsidie | Subsidie, verstrekt aan en op grond van de kenmerken van een bepaalde persoon. Voorbeeld: de individuele huursubsidie |
Subsidie bij aankoop huurwoning (koopgewenningsbijdrage) | Vanaf 1-10-1997 kunnen mensen die een huurwoning kopen een subsidie krijgen om te wennen aan de in het begin hogere woonlasten. De woningen moeten minimaal één jaar verhuurd zijn geweest. De regeling heeft terugwerkende kracht tot 23 mei 1997 en is bedoeld voor mensen met lage en middenin-komens, die voor het eerst een huis kopen |
Successierechten | Bij overgang van eigendom door overlijden of schenking moet de opvolgen-de (successievelijke) eigenaar belasting betalen |
Successiewet | Regelt de fiscale gevolgen bij vererving of schenking |
Suite (kamer en suite) | Twee of drie kamers achter elkaar, verbonden door een doorgang tussen kasten en/of schouwen en meestal gescheiden via schuifdeuren. Populaire bouwwijze bij vooroorlogse huizen. |
SysteemBouw | Men bouwt volgens een bepaald systeem, bijvoorbeeld betonelementenbouw, stapelbouw, houtskeletbouw, enz. |
Taxatie | Het vaststellen van de waarde. |
Taxatierapport | Het rapport dat wordt opgesteld na taxatie. |
Technische omschrijving | Verkorte opsomming van te verwerken materialen, al dan niet met omschrijving van de kwaliteit, maar zonder de bepalingen ten aanzien van het uitvoeren. Kan de basis vormen van het contract tussen aanbesteder (koper) en aannemer (bouwer). |
Technische ruimte | Besloten ruimte, bestemd voor de plaatsing van apparatuur en/of installaties |
Testament | Men benoemt een rechtspersoon of natuurlijk persoon als erfgenaam via een testament. Zonder testament geldt het in de wet vastgelegde erfrecht. Men kan ook immateriële zaken regelen via een testament, zoals het benoemen van een voogd voor kinderen. |
Testament op de langst levende | Testament waarbij de ouders over en weer de langstlevende tot erfgenaam benoemen. Beide ouders maken dus zo`n testament. De andere erfgenamen kunnen hun erfdeel in beginsel pas opeisen na overlijden van de langstlevende ouder. |
Testateur | Erflater die een testament maakt of heeft gemaakt |
Tijdelijke oudedagslijfrente | Lijfrenteverzekering waarvoor premie-aftrek mogelijk is. Voorwaarde is dat verzekering recht geeft op een periodieke uitkering (lijfrente) die niet eerder ingaat dan in het jaar waarin de verzekeringnemer 65 jaar wordt of waarin hij met pensioen gaat. De uitkering moet minimaal gedurende 5 jaar worden uitbetaald en mag in principe niet meer bedragen dan 36.442,- per jaar (tarief 1999), of 37.062,- per jaar (tarief 2000). Zie ook `Lijfrentever-zekering` |
Toerekenbare tekortkoming | Een partij komt zijn contractuele verplichtingen niet (geheel) na. Tot enige jaren geleden sprak de wet van wanprestatie |
Tophypotheek | Indien er geen sprake is van Nationale Hypotheek Garantie, er is een voldoende hoog (toekomstig) inkomen, en het huis vertegenwoordigt voldoende waarde, bestaat vaak de mogelijkheid een extra hoge hypotheek af te sluiten. Men kan dan een hypotheek krijgen tot bijvoorbeeld 100% of 125% van de executiewaarde. De bank vraagt voor een tophypotheek een hogere rente. Deze hogere rente wordt meestal geheven over de hele lening i.p.v. uitsluitend over de top. De totale `topopslag` kan oplopen tot 0,5%. Soms bestaat de verplichting om de top versneld af te lossen. |
Topopslag | Indien er geen sprake is van Nationale Hypotheek Garantie, er is een voldoende hoog (toekomstig) inkomen, en het huis vertegenwoordigt voldoende waarde, bestaat vaak de mogelijkheid een extra hoge hypotheek af te sluiten. Men kan dan een hypotheek krijgen tot bijvoorbeeld 100% of 125% van de executiewaarde. De bank vraagt voor een tophypotheek een hogere rente. Deze hogere rente wordt meestal geheven over de hele lening i.p.v. uitsluitend over de top. De totale `topopslag` kan oplopen tot 0,5%. Soms bestaat de verplichting om de top versneld af te lossen. |
Toprente | Indien er geen sprake is van Nationale Hypotheek Garantie, er is een voldoende hoog (toekomstig) inkomen, en het huis vertegenwoordigt voldoende waarde, bestaat vaak de mogelijkheid een extra hoge hypotheek af te sluiten. Men kan dan een hypotheek krijgen tot bijvoorbeeld 100% of 125% van de executiewaarde. De bank vraagt voor een tophypotheek een hogere rente. Deze hogere rente wordt meestal geheven over de hele lening i.p.v. uitsluitend over de top. De totale `topopslag` kan oplopen tot 0,5%. Soms bestaat de verplichting om de top versneld af te lossen |
Traditioneel gebouwde huizen | Woningen die op de bouwplaats worden gemetseld. Ook bij traditionele bouw kan gebruik worden gemaakt van prefab wanden, kozijnen, vloeren, enz. |
Traditionele levenhypotheek | De levensverzekering die aan de hypotheek is verbonden, levert meestal veel onduidelijkheid op: over de samenstelling van de premie, over het rendement dat wordt vergoed en over de (meestal hoge) kosten die worden ingehouden op het rendement, het spaarkapitaal en op de eventuele afkoopwaarde bij tussentijdse beëindiging. De `vereniging eigen huis` beschouwt dit als een achterhaalde hypotheekvorm. Zie ook `Levenhypotheek` |
Tranches | Voor de fiscale aftrek van een lijfrentepremie of -koopsom gelden verschillende tranches. De eerste tranche (de basisaftrek) geldt voor iedere belastingplichtige en bedraagt 6.075.,- per jaar per persoon. Voor gehuwden: 12.150,- (tarieven 1999), of 6.179,- per jaar per persoon. Voor gehuwden: 12.358,- (tarieven 2000). De tweede en derde tranche komen alleen in aanmerking indien er sprake is van een tekort in de pensioenopbouw. Hiervoor geldt een groot aantal criteria. De vierde en vijfde tranche gelden voor ondernemers. Zie ook `Lijfrenteverzekering` |
Transportakte | Dit is de akte die de overdracht van de onroerende zaken regelt, deze akte wordt bij de notaris opgemaakt en ondertekend. |
Travee | Breedte-eenheid die wordt gebruikt bij het ontwerpen van woningen. Het is de horizontale afstand tussen twee dragende wanden |
Turn key | Ook wel: sleutelklaar. Het huis wordt `sleutelklaar` opgeleverd, d.w.z. dat er in principe niets meer hoeft te gebeuren. Overigens kan de definitie van sleutelklaar opleveren per aanbieder verschillen, bijvoorbeeld: wel of geen wand- of vloerafwerking, enz. Controleer dus wat daar precies onder wordt verstaan. |
Twee-onder-één-kap-woning | Aan één kant is het huis aangebouwd aan een ander huis. De woonkamers kunnen tegen elkaar liggen, of de entree met gang en keuken (beter i.v.m. geluidsoverlast). Halfvrijstaand is een verkoopterm, waarmee alleen maar wordt uitgedrukt dat het huis aan één kant niet aan een ander huis grenst. De bouwwijze en/of indeling kan precies gelijk zijn aan die van rijtjeshuizen |
Tweede hypotheek | Bij voldoende overwaarde kunt u een tweede hypotheek op uw woning nemen om bijvoorbeeld extra geld voor een verbouwing vrij te maken. |
Tweede oplevering | In de model koop-/aannemingsovereenkomst is er sprake van slechts één oplevering. Op dat moment moet het huis `geheel gereed voor bewoning` zijn. Dit contract voorziet niet in een tweede oplevering. Het is dan ook niet verstandig te wachten met het uiten van klachten tot de tweede oplevering. Als u tijdens de bewoning gebreken, tekortkomingen of afwijkingen van de technische omschrijving/tekening vaststelt, dan is het raadzaam uw con-tractpartij direct schriftelijk te verzoeken om daar wat aan te doen |
Tweeverdienershypotheek | Regeling binnen de Nationale Hypotheek Garantie op grond waarvan het tweede inkomen geheel of gedeeltelijk kan meetellen bij het bepalen van het maximaal te lenen bedrag |
UAV | Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken. Deze voorwaarden zijn door gebruik van de model koop-/aannemingsovereenkomst in de relatie consu-ment/bouwondernemer sterk op de achtergrond geraakt. De UAV worden nog wel toegepast bij het (laten) bouwen van een huis wanneer voor een consument een directievoerend architect optreedt die onder meer toezicht houdt op de bouw |
Uitgestelde lijfrente | Toekomstige periodieke uitkering op basis van een lijfrenteverzekering die ingaat op een vooraf overeengekomen datum, bijvoorbeeld op het moment van pensionering. Zie ook `Lijfrenteverzekering` |
Uitritvergunning | Voor de toegang vanaf een bouwkavel naar de openbare weg is een gemeentelijke vergunning vereist. |
Uitsluitingsclausule | Ook wel: privé-clausule. Een erflater of schenker bepaalt dat de erfenis of schenking niet in de gemeenschap van goederen valt van de erfgenaam of begiftigde. De clausule wordt ook wel uitsluitingsclausule genoemd. |
Uitstelrente | Begrip uit de model koop-/aannemingsovereenkomst. Als men een nieuw huis laat bou-wen wordt dit in termijnen betaald. Eerst de grond en vervolgens (naarmate de bouw vordert) de resterende termijnen. Zolang de eigendomsoverdracht van de grond nog niet heeft plaatsgevonden, heeft de koper recht op uitstel van betaling van de grond- en bouwtermijnen. Over dit uitstel van betalen wordt door de bouwer wel rente in rekening gebracht. De uitstelren-te wordt berekend over: - de grondkosten vanaf de `per-datum` tot aan de datum van eigendomsoverdracht (grond-rente); - de vóór het sluiten van de overeenkomst reeds vervallen termijnen van de aan-neem-som vanaf de `per-datum` tot aan de datum van eigendomsoverdracht; - de overige termijnen van de aanneemsom vanaf de `vervaldatum` tot aan de datum van eigendomsoverdracht. De uitstelrente over de termijnen van de aanneemsom is fiscaal aftrekbaar. Dat geldt ook voor de uitstelrente (incl. BTW) over de grondkosten |
Uitwinning | Een vordering verhalen op de goederen van een schuldenaar |
Unanieme meerderheid van stemmen | Toestemming van alle aanwezige stemgerechtigden |
Utiliteitsgebouw | Gebouwen als kantoren, scholen, fabrieken, kazernes, ziekenhuis e.d. |
V.o.n. | Ook wel: vrij op naam. De wettelijk te maken kosten zijn inbegrepen in de koopsom. Het betreft hier de BTW of overdrachtsbelasting, de kadastrale kosten en de notariskosten voor de transportakte. |
Variabele rente | Men komt geen rentevaste periode overeen bij het aangaan van een hypotheek maar betaalt steeds de dan geldende rente voor nieuw af te sluiten hypotheken. De variabele rente kan per dag, per maand, per kwartaal of per half jaar achteraf of vooraf worden vastgesteld |
VECIBIN | Vereniging van certificatie-instellingen in de bouw in Nederland. Aangesloten zijn Bureau Dak Advies, BV Kwaliteitsverklaringen Bouw, KIWA, BMC (Keurings- en Certificeringsin-stituut), IKOB (Stichting Instituut voor Keuring en Onderzoek van Bouwmateria-len), Stichting Kwaliteitscentrum Gevelelementen, Stichting Keuringsbureau Hout, INTRON (Instituut voor materiaal- en milieu- onderzoek) en VEG (Vereniging Erkenningsregeling voor het Glaszetbedrijf). De aangesloten instellingen keuren op verzoek van de fabrikant/ leverancier bouwmaterialen en verstrekken op basis hiervan certificaten |
Verbindend verklaren | Een rechter of beStuur verklaart dat een regeling algemeen geldt. |
Verbintenis | Term die een juridische relatie tussen twee partijen aangeeft. Wie een huis koopt, gaat via een koopovereenkomst een verbintenis aan met de verkoper. De koper verbindt zich er onder andere toe om te betalen, de verkoper om te leveren. |
Verblijfsruimte | In een gebouw gelegen ruimte, bestemd voor het verblijven van mensen. De term is ingevoerd in het Bouwbesluit om de diverse vertrekken te kunnen onderscheiden, bijvoorbeeld t.o.v. verkeersruimte. |
Verblijvingsbeding | Ongehuwd samenwonenden die tevens samen eigenaar van een huis zijn, kunnen via een verblijvingsbeding elkaar hun aandeel in de woning toedelen. Daarmee wordt voorkomen dat, bij overlijden van één van de partners, de langstlevende partner door erfgenamen uit de woning wordt gezet |
Verborgen gebreken | Gebreken die redelijkerwijze niet eerder konden worden geconstateerd |
Verbouwingsovereenkomst 1998 | Volgens het model opgesteld door de `vereniging eigen huis` en het Nederlands Verbond van Ondernemers (NVOB), met de mogelijkheid van toepassing van Bouwgarant |
Vereniging Bemiddelaars Onroerende zaken (VBO) | Circa 1.000 professionele bemiddelaars zijn hierbij aangesloten. Men werkt volgens een met de NVM-makelaars vergelijkbaar systeem, inclusief een geschillencommissie, enz. Een VBO-bemiddelaar kan makelaar zijn, maar de meesten zijn dit niet. |
Vereniging van appartementseigenaren (VVE) | Een appartementseigenaar is automatisch lid van de vereniging van eigenaren. De vereniging behartigt de belangen van de gezamenlijke eigenaren. De vereniging voert het beheer over de gemeenschappelijke zaken, gedeelten en financiën |
Vergadering van de vereniging van appartementseigenaren | De vergadering heeft de hoogste macht binnen de vereniging. Aan de vergadering komen alle bevoegdheden toe die niet door de wet of de statuten aan een ander orgaan zijn opgedragen |
Vergoeding | Begrip uit de model koop-/aannemingsovereenkomst, waarmee wordt geduid op de extra kosten die de bouwer in rekening kan brengen over: a. grondkosten; dit bedrag wordt berekend vanaf een in de overeenkomst genoemde datum tot aan de eigendomsoverdracht en is fiscaal niet aftrekbaar en BTW- belast. b. op de `per-datum` reeds in het werk gerealiseerde termijnen van de aanneemsom; dit bedrag wordt berekend vanaf de veertiende dag nadat de betreffende fase in het werk is voltooid tot de `per-datum`. Deze vergoeding is niet fiscaal aftrekbaar en BTW belast. Men spreekt ook wel van financieringsvergoeding. |
Vergunningsplichtig bouwwerk | Bouwwerk waarvoor een gemeentelijke bouwvergunning nodig is |
Vergunningsvrij bouwwerk | Bouwwerk waarvoor geen bouwvergunning en ook geen melding nodig is. Er mag zonder toestemming van de gemeente worden gebouwd. |
Verhuisgeneigdheid | Wordt gemeten via de vraag of men binnen twee jaar denkt te verhuizen. Men kan daar op antwoorden in termen als `zeker`, `waarschijnlijk`, `eventueel` en `zeker niet` |
Verificatievergadering | Vergadering bij een faillissement. Tijdens deze vergadering wordt de definitieve verdeling van de vorderingen op de boedel tussen de schuldeisers vastgesteld |
Verkeersruimte | Dient voor het bereiken van een andere ruimte. Zie verblijfsruimte |
Verklaring van afstand | Voordat u een aannemer een offerte laat uitbrengen kunt u zo`n verklaring opmaken. Daarin kan staan dat u vooralsnog niet met een ander zult onderhandelen, dat de aannemer geen vergoeding voor zijn rekenwerk vraagt, enz. |
Verklaring van eensluidendheid | Partijen verklaren dat zij akkoord gaan met de akte van scheiding en deling |
Verklaring van erfrecht | Erfgenamen moeten toegang hebben tot de erfenis om lopende zaken af te wikkelen. Dit kan via een verklaring van de notaris dat zij erfgenaam zijn. Als er meerdere erfgenamen zijn, zijn die uitsluitend gezamenlijk bevoegd, tenzij er sprake is van een boedelvolmacht |
Verklaring van geen bezwaar | Voor een bouwplan wordt aan Gedeputeerde Staten vrijstelling gevraagd op het bestemmingsplan, vooruitlopend op een komend bestemmingsplan. Gedeputeerde Staten kan een `verklaring van geen bezwaar` afgeven. Dit is opgenomen in artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening |
Verkoop onder voorwaarden | Woningverkoop waarbij meestal een korting op de koopprijs wordt gegeven in ruil voor een winstdeling bij latere verkoop. Er kan sprake zijn van andere voorwaarden en gekoppelde voorzieningen ten behoeve van de koper, bijvoorbeeld een terugkoopgarantie of een collectieve voorziening voor onderhoud |
Verkrijgingskosten | De totale kosten van het in eigendom verkrijgen van een huis, d.w.z. de aankoopprijs inclusief alle bijkomende kosten. Denk aan de kosten van verhuizing en inrichting. En eventueel: kosten voor aanleg van de tuin en verbouwing en verbetering van het huis. |
Verletkosten | Inkomen of opbrengsten die u mist omdat u afwezig bent in verband met een procedure. |
Vermogensbelasting | Moet worden betaald als het vermogen groter is dan de geldende vrijstellingen. De overwaarde van een eigen huis maakt deel uit van het vermogen |
Verontreinigingsheffing | De heffing die de waterschappen opleggen aan de huishoudens om de kosten voor de zuivering van het oppervlaktewater te dekken |
Verordening | Voor burgers algemeen bindende regeling, vastgesteld door bijvoorbeeld een gemeenteraad |
Verrekenbeding | Als er sprake is van huwelijksvoorwaarden kunnen echtgenoten afspreken dat zij bepaalde waarden of inkomsten zullen verrekenen |
Vertoogschrift | Op schrift gestelde bezwaren tegen de standpunten van de andere partij in een gerechtelijke procedure |
Vertragingsrente | Als u bouwtermijnen te laat betaalt, kan de bouwer u rente in rekening brengen |
Vertragingsschade | Schadevergoeding voor iedere termijn (dag, week, enz.) dat een contractpartij langer in gebreke blijft. |
Vervangingsschade | Schadevergoeding ter grootte van de oorspronkelijke prestatie die volgens een overeenkomst moest worden geleverd |
Vervreemden | Van eigenaar doen verwisselen. Dit is een ruimer begrip dan verkopen, men kan zaken bijvoorbeeld ook ruilen of schenken |
Verwerking van rechten | Men verspeelt een recht, waarop men oorspronkelijk aanspraak kon maken. Dit omdat bijvoorbeeld de redelijke termijn van bezwaar maken ruimschoots is overschreden. Of men al dan niet zijn rechten heeft verwerkt is ter beoordeling van de rechter |
Verwerpen | Een erfenis hoeft men niet te aanvaarden, men kan die ook afwijzen. Dit moet dan voor de gehele erfenis gelden, men kan die niet gedeeltelijk verwerpen |
Verwervingskosten | De bijkomende kosten (naast de aankoopsom) bij de koop van een huis. De verwervingskosten bestaan onder andere uit de financieringskosten en de overdrachtsbelasting (bestaand huis), eventueel meerwerk en rente tijdens de bouw (nieuwbouwhuis). |
Verzekerd kopen | Keurmerk dat in ontwikkeling is en dat garanties moet bieden aan de kopen van een woning. Het doel is vooral om de risico`s van een eigen woning voor lagere inkomensgroepen te beperken |
Verzoekschrift | Schriftelijk verzoek aan een rechterlijk college of een geschillencommissie om een uitspraak |
Vierkante meter (m²) | Oppervlaktemaat, 1 meter lengte x 1 meter breedte |
Voetverklaring | In een gebied waar de Wet Voorkeursrecht Gemeenten geldt, moeten verkopers hun huis eerst aan de gemeente aanbieden. Notarissen verklaren onder aan de akte (aan de voet) dat deze verplichting niet van toepassing is, dan wel dat er aan is voldaan. |
Volle eigendom | Ook wel: onbezwaard eigendom. Eigendom dat niet is belast met enig recht, zoals bijvoorbeeld een hypotheekrecht, een huurrecht |
Volmacht | Meestal schriftelijke verklaring dat iemand een ander de bevoegdheid geeft om bepaalde (rechts)handelingen voor hem te verrichten. |
Volstrekte meerderheid van stemmen | Gewone meerderheid, de helft plus één. |
Vooraftrek van belasting | Een eigen woningbezitter mag onder andere de hypotheekrente opvoeren als aftrekpost voor de inkomstenbelasting. In de meeste gevallen is het mogelijk de belastingaftrek vooraf te verrekenen, tegelijkertijd met de maandelijkse loonbetalingen. Hiervoor moet men bij de Belastingdienst een loonbelastingbeschikking aanvragen |
Voorbehoud van vruchtgebruik | Iemand kan iets verkopen of schenken met het voorbehoud dat hij het (vrucht)gebruik ervan behoudt. Als het om een huis gaat, kan de verkoper of schenker in het huis blijven wonen |
Voorbereidingsbesluit | De gemeente verklaart dat een bestemmingsplan voor een bepaald gebied wordt voorbereid. |
Voorlopig koopcontract | Misleidende term. Tekent u een voorlopig koopcontract, dan is de koop wel degelijk definitief, behoudens een terecht beroep op een eventuele ontbindende voorwaarde |
Voorlopige teruggave | Een eigen woningbezitter mag onder andere de hypotheekrente opvoeren als aftrekpost voor de inkomstenbelasting. Dat leidt meestal tot een belastingteruggave die in plaats van per jaar achteraf ook per maand vooruit kan worden uitbetaald. Men ontvangt dan een voorlopige teruggave rechtstreeks van de Belastingdienst. Eventueel te veel of te weinig terugontvangen belasting wordt achteraf verrekend met de definitieve aanslag inkomstenbelasting |
Voorlopige voorziening | MaatregelDie geldt totdat een definitieve beslissing over een geschil is genomen |
Vrij op naam | De wettelijk te maken kosten zijn inbegrepen in de koopsom. Het betreft hier de BTW of overdrachtsbelasting, de kadastrale kosten en de notariskosten voor de transportakte. Zie kosten koper |
Vrij te aanvaarden | Een huis is minder waard als het bewoond wordt dan wanneer het vrij te aanvaarden is. Dan kan de koper er immers direct zelf in gaan wonen. Vaak wordt 60% van die `vrije verkoopwaarde` aangehouden als `waarde in bewoonde staat` |
Vrije doorgang | Een breedte van minimaal 85 cm |
Vrije eigendom | Onbezwaard en ongedeelde eigendom |
Vrije hoogte | Een hoogte van minimaal 210 cm. |
Vrije sectorwoning | Huis waarop geen subsidie wordt verstrekt en waarvoor geen verkoopregulerende bepalingen gelden. |
Vrije verkoopwaarde | Waarde van een woning die in volle eigendom (zie aldaar) leeg en onbezwaard (zie aldaar) kan worden overgedragen |
Vrije vestiging | Een huisvestingsvergunning is niet nodig |
VROM | Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer |
Vruchtgebruik | Een eigenaar staat een ander het gebruik van een goed toe, inclusief de uit het gebruik voortvloeiende opbrengsten |
Vruchtgebruik-testament | De verzorging van de langstlevende echtgenoot wordt verzekerd door hem een recht van vruchtgebruik toe te kennen over (een deel van) de nalatenschap en aan de kinderen slechts de blote eigendom daarvan. |
Waarborgcertificaat | Nieuwbouwwoningen worden meestal gebouwd onder garantie, bijvoorbeeld van het Garantie Instituut Woningbouw. Onder die garantie valt een kwaliteitsgarantie en de garantie dat het huis wordt afgebouwd, ook als de bouwondernemer failliet gaat. Gesubsidieerde woningen moeten in principe altijd onder een dergelijke garantie worden gebouwd. De koper heeft recht op afgifte van het waarborgcertificaat. |
Waarborgfonds Eigen Woningen | De Garantie en Waarborgregeling is een borg- of garantstelling die door het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) wordt afgegeven voor een hypotheek. Voor het bedrag van de borgstelling kan de koper altijd een hypotheek afsluiten. Het inkomen van de koper, de lening en de woning moeten voldoen aan de normen van het WEW. De aanvraag loopt via de geldverstrekker of de tussenpersoon waar de hypotheek wordt afgesloten. |
Waarborgsom | Bij de koop van een bestaand huis kan men overeenkomen dat de koper in afwachting van het transport een bepaald deel van de koopsom (oplopend tot 10%) als waarborg stort bij de notaris |
Waardegrondslag | De gemeente moet de waarde van onroerende zaken als basis voor de onroerende zaakbelasting hanteren |
Waardepeildatum | De datum waarop de gemeente de waarde van de onroerende zaak heeft vastgesteld voor de Wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ). Om de vier jaar wordt de waarde opnieuw vastgesteld. IN de tussenliggende periode geldt de waarde van de laatste peildatum |
Waterschapsheffing | De waterschappen dragen zorg voor de waterkering (onderhoud en beheer van dijken) en/of de waterhuishouding. Bijna al hun inkomsten ontvangen zij via heffingen, ook wel omslagen genoemd. |
Wederkerig finaal verrekenbeding | Beding waarbij echtgenoten na ontbinding van hun huwelijk afrekenen alsof zij in gemeenschap van goederen waren gehuwd |
Wegneembeding | Hypotheekbeding waardoor aan de geldlener het recht wordt ontnomen om latere verbeteringen aan de woning weer ongedaan te maken |
Welstandscommissie | Dit college beoordeelt een bouwplan ten aanzien van aspecten die met het uiterlijk hebben te maken. De commissie brengt advies uit aan het gemeentebestuur. BW beslist mede op grond van dit advies over de bouwvergunning |
Werkbare werkdagen | Aanduiding om de periode aan te geven die nodig is voor de bouw van een huis. Werk-dagen zijn alle dagen waarop normaal gesproken wordt gewerkt, dus exclusief zon- of feestdagen, (bouwvak)vakantie, enz. Omdat de bouw gedurende een bepaalde periode van het weer afhankelijk is, spreekt men van werkbare werkdagen. Men gaat gemiddeld uit van 180 in een jaar. Daarbij is rekening gehouden met het statistisch gemiddelde `onwerkbare weer` |
Wet op de Ruimtelijke Ordening | Geeft voorschriften voor de ruimtelijke ordening (streekplannen, bestemmingsplannen enz.). |
Wet op de Stads- en dorpsvernieuwing | Geeft voorschriften enz. m.b.t. behoud, herstel, verbetering of sanering van bebouwde delen van het gemeentelijke grondgebied. |
Wet Voorkeursrecht Gemeenten | Regelt de bevoegdheid van gemeenten om gebieden aan te wijzen waar zij een `eerste recht van koop` hebben in het kader van stads- en dorpsvernieuwing |
Wet Voorzieningen Gehandicapten | Regelt de bijdragen aan een eigenaar of huurder i.v.m. voorzieningen die een woning geschikt maken voor een gehandicapte. Voor meer informatie kunt u terecht bij uw gemeente |
Wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ) | Regelt de waardebepaling en waardevaststelling van alle onroerende zaken in Nederland |
Wetsfictiegemeenten | Voor de Wet Waardering Onroerende Zaken wordt in principe de waarde van onroerende zaken per 1-1-1995 aangehouden. Maar gemeenten die enige jaren daarvoor (1992, 1993 of 1994) de huizen opnieuw hebben getaxeerd, mogen die waarde aanhouden. De wet gaat uit van de fictie (veronderstelling) dat de toen getaxeerde waarde gelijk is aan de waarde per 1-1-1995. De waarde van 1992, 1993 of 1994 wordt overigens voor de inkomens- en vermogensbelasting nog verhoogd met een per gemeente verschillend percentage |
Wettelijk erfdeel | Bepaalde personen zijn via de wet aangewezen als erfgenaam, zij zijn `erfgerechtigd`. Bijvoorbeeld: de kinderen en de echtgeno(o)t(e). Sommige erfgerechtigde hebben bovendien recht op een wettelijk vastgelegd minimaal deel van de erfenis, ook al is een deel daarvan al weggeschonken of bij testament vermaakt aan anderen. Dit noemt men de legitieme portie. Kinderen hebben bijvoorbeeld zo`n legitieme portie en kunnen dus nooit helemaal worden onterfd. Een echtgeno(o)t(e) heeft geen legitieme portie en kan dan ook volledig worden onterfd. |
Wettelijke rente | Rente die dE schuldeiser in rekening mag brengen wanneer de schuldenaar, ondanks sommatie, nalatig is te betalen. De hoogte van de wettelijke rente wordt periodiek door de overheid vastgesteld en bedraagt sinds 1-1-1998 6%. |
Winstdeling | Bij traditionele levenhypotheken spaart men via de premiebetalingen een bedrag waaruit later de hypotheek wordt afgelost. Over dit spaardeel ontvangt de (verzekerings)maatschappij rente. De verzekerde kan hierin meedelen, als de polis tenminste een winstdelingsclausule bevat. |
Woningdichtheid | Het aantal woningen per oppervlakte-eenheid, uitgedrukt per hectare. Te onderscheiden in netto woningdichtheid (oppervlakte voor de woningen, tuinen, blokgroen en bijbehorende verharding) en bruto woningdichtheid (daarenboven de oppervlakte voor bebouwde en onbebouwde voorzieningen, zoals parken, scholen, wijkgebouwen). Een woningdichtheid van 25 is laag (villawijk), van 40 is hoog (stedelijk gebied). In binnensteden met veel hoogbouw kan de woningdichtheid oplopen tot 60 woningen/HA |
Woningverbeteringssubsidie | In bepaalde gevallen is voor verbeteren van een bestaande woning subsidie te verkrijgen. Inlichtingen kunt u krijgen bij uw gemeente. De gemeente beslist over de toekenning |
Woningwet | Geeft voorschriften voor de volkshuisvesting, d.w.z. m.b.t. woningbouw, en de geldelijke steun van gemeente en rijk voor woningbouw |
Woonlasten | Alle kosten die het wonen met zich meebrengt, inclusief stookkosten, de kosten voor nutsvoorzieningen , eventuele servicekosten, reserveringen voor onderhoud, onroerende zaakbelasting en verzekeringen |
Woonzorgcomplexen | Woonvorm, bedoeld voor ouderen die niet geheel zelfstandig kunnen wonen, maar geen behoefte hebben aan intensieve verzorging, zoals dat in een bejaardenhuis het geval is. De zorg wordt op maat verleend. |
WOZ | Ook wel: Wet Waardering Onroerende Zaken. Regelt de waardebepaling en waardevaststelling van alle onroerende zaken in Nederland |
WVG | 1. Wet Voorkeursrecht Gemeenten, regelt de bevoegdheid van gemeenten om gebieden aan te wijzen waar zij een `eerste recht van koop` hebben in het kader van stads- en dorpsvernieuwing. 2. Wet Voorzieningen Gehandicapten, regelt de bijdragen aan een eigenaar of huurder i.v.m. voorzieningen die een woning geschikt maken voor een gehandicapte. Voor meer informatie kunt u terecht bij uw gemeente |
Aanbesteding | Het gunnen door een opdrachtgever aan een uitvoerend bouwbedrijf van een bepaald werk tegen een bepaalde prijs. |
Aanhorigheid | Object dat hoort bij een (on)gebouwd eigendom. De aanhorige zaak (garage, schuur, enz.) moet dienstbaar zijn aan het hoofdobject. |
Aanpasbaar bouwen | Een huis zo ontwerpen en bouwen dat het (later) relatief eenvoudig en goedkoop is aan te passen. Bijvoorbeeld als een bewoner gehandicapt raakt of de samenstelling van het huishouden verandert. |
Aanschrijving | Schriftelijke mededeling van het college van Burgemeester en Wethouders dat de eigenaar van een onroerende zaak verplicht is voorzieningen te treffen. Dikwijls gaat het hierbij om het opheffen van achterstallig onderhoud. |
ABC-akte | Akte of verkoopcontract waarbij een zaak wordt verkocht van A aan B en vervolgens wordt doorverkocht aan C. De zaak wordt echter maar éénmaal geleverd, de eigen-dom gaat rechtstreeks van A naar C. Voorbeeld: de gemeente verkoopt grond aan een bouwer en deze verkoopt een kavel aan een particulier. De gemeente draagt de eigendom rechtstreeks over aan de particulier |
Acceptatie van een hypotheekofferte | Door acceptatie (ondertekening) van een hypotheekofferte komt een overeenkomst van geldlening tot stand. Bij de meeste hypotheekverstrekkers kan een eenmaal geaccepteerde offerte nog kosteloos worden beëindigd (geannuleerd). Dit kan alleen in de periode vóór het ondertekenen van de hypotheekakte bij de notaris |
Accessie | Ook wel: natrekking. Eigendomsverkrijging van een zaak die met een andere één geheel vormt of gaat vormen. Voorbeelden: beplanting op een erf wordt eigendom van de grondeigenaar, ook al is deze door derden aangebracht. Als u een huis bouwt op grond die al in uw eigendom is, wordt dat door natrekking uw eigendom zonder dat er een akte behoeft te worden opgemaakt bij de notaris. |
Accessoir recht | Ook wel afhankelijk recht genoemd. Het accessoir recht kan niet los van het hoofdrecht op een andere rechthebbende overgaan. Voorbeelden: erfdienstbaarheid, recht van opstal. |
Afkoopwaarde | Het bedrag dat wordt uitgekeerd bij vroegtijdig beeindigen van een levensverzekering. U kunt altijd de afkoopwaarde opvragen (zonder tot afkoop over te gaan). |
Afkoopwaarde | Bedrag dat wordt uitgekeerd bij voortijdige beëindiging van een gemengde levensverzekering. Het is de tot op dat moment opgebouwde waarde van de levensverzekering, eventueel verminderd met diverse kosten |
Afkopen levensverzekering | Het beëindiging van de levensverzekering waarbij het recht op een uitkering wordt afgekocht. Zie afkoopwaarde |
Aflossingsvrije hypotheek | Bij ruime overwaarde kan soms een hypotheek worden gesloten waarop niet hoeft te worden afgelost. Ook lopende hypotheken kunnen geheel of gedeeltelijk in een aflossingsvrije hypotheek worden omgezet |
Afsluitkosten | Dit zijn alle kosten die gemaakt worden bij het afsluiten van een hypotheek. Bijvoorbeeld: administratiekosten, afsluitprovisie, taxatiekosten en notariële kosten. |
Afsluitprovisie | Bedrag dat de bank in rekening brengt bij het afsluiten van een hypotheek. Vaak een percentageVan het hypotheekbedrag. Meestal 1% van de hypotheeksom. |
Aftrekpost | Bij de belastingaangifte mogen bepaalde posten op het inkomen in mindering worden gebracht (bijvoorbeeld: betaalde hypotheekrente). |
Akte van levering | Dit is de akte die de overdracht van de onroerende zaken regelt, deze akte wordt bij de notaris opgemaakt en ondertekend. |
Algemene Voorwaarden | Schriftelijke bedingen, bedoeld om in een aantal overeenkomsten te worden opgenomen |
Annuiteitenhypotheek | U lost tijdens de looptijd elke maand een bedrag af. De omvang van de lening en de maandelijks te betalen rente nemen daardoor direct af. Aflossing en rente worden zo berekend, dat u de gehele looptijd (bij gelijkblijvende rente) hetzelfde bruto maandbedrag betaalt. De eerste jaren bestaat dit bedrag vooral uit rente. De laatste jaren hoofdzakelijk uit aflossing. De netto maandlast wordt steeds hoger gedurende de looptijd, aangezien u telkens minder rente van uw inkomen kunt aftrekken. Als uw inkomen bij het afsluiten laag is en u verwacht dat het inkomen in de toekomst stijgt, kan een annuïteitenhypotheek in de beginjaren interessant zijn. |
Annuleren | Afgelasten. |
Annuleringskosten | Berekenen sommige banken als een hypotheek niet doorgaat nadat de uitgebrachte offerte door de cliënt is geaccepteerd |
Anti-speculatiebeding | Gemeentelijk beding waardoor een huis slechts onder bepaalde, beperkende voorwaarden mag worden doorverkocht. Meestal houdt deze in dat bij verkoop binnen een bepaalde periode (bijv. 10 jaar) een deel van de winst moet worden afgedragen aan de gemeente |
Appartementsrecht | Men koopt het mede-eigendom van een gebouw en het exclusieve recht van gebruik van een precies omschreven deel daarvan. In het gebouw bevinden zich minimaal twee woningen. Het recht komt ook voor in de vorm van winkels, kantoren en parkeerplaatsen. |
Arbeidskostenforfait | Een vast bedrag voor de aftrek van beroepskosten. Als de werkelijke kosten hoger zijn dan het vaste bedrag, mag u (onder voorwaarden) die kosten aftrekken |
Arbeidsongeschikt | Niet in staat zijn om zijn beroep of bedrijf uit te oefenen. |
Arbitraal beding | Bepaling in een overeenkomst om geschillen door arbitrage te beslechten in plaats van door de gewone rechter |
Architectenregister | Een architect moet in dit register zijn ingeschreven om zich architect te mogen noemen. Zie de Stichting Bureau Architectenregister in de adressenlijst. |
Are | 100 m2 |
Artikel 12-gemeente | Gemeente waarvan de vrijheid om financiële beslissingen te nemen is ingeperkt door de rijksoverheid. In ruil voor financiële hulp wordt de gemeente gedwongen begrotingstekorten weg te werken. Voor grotere uitgaven moet de gemeente toestemming aan het Rijk vragen. |
Artikel 19-procedure | Voor een bouwplan wordt aan Gedeputeerde Staten vrijstelling gevraagd op het bestemmingsplan, vooruitlopend op een komend bestemmingsplan. Gedeputeerde Staten kan een `verklaring van geen bezwaar` afgeven. Dit is opgenomen in artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. |
Assurantiebeding | Hypotheekbeding waarbij als het onderpand te niet gaat, de verzekeringsuitkering rechtstreeks aan de geldverstrekker toekomt. De uitkering wordt eerst (en uitsluitend) gebruikt om de restschuld van de hypotheek af te lossen. Sinds 1993 is dit wettelijk vastgelegd en wordt dit beding niet meer opgenomen in een hypotheekakte. |
Authentieke akte | Akte die is opgemaakt door een daartoe bevoegde openbare ambtenaar, meestal een notaris |
Baatbelasting | Belasting voor de eigenaren van een onroerende zaak die een gemeente kan heffen als zij voorzieningen treft waarbij die eigenaren baat hebben, bijvoorbeeld: de aanleg van een weg. |
Bandbreedte (rente) | Deze rentevorm is een mengeling tussen een variabele en een vaste rente. De effecten van rentedalingen en stijgingen worden gedurende een afgesproken termijn gedeeltelijk doorgevoerd (afhankelijk van het percentage van de bandbreedte). Bijvoorbeeld: het afgesproken rentepercentage is 7,5%, de bandbreedte is 1%. Stijgt of daalt de hypotheekrente minder dan 1% dan gebeurt er niets. Stijgt de hypotheekrente bijvoorbeeld met 3% dan stijgt uw rente met 2% (3% minus de bandbreedte van 1%). Ditzelfde gebeurt ook bij rentedalingen. |
Bankgarantie | Een bank garandeert dat zij op eerste aanmaning een schuld van de aanvrager van de bankgarantie zal voldoen |
Bankhypotheek | Het huis dient als onderpand voor `alle huidige en toekomstige vorderingen, uit welke hoofde dan ook`. Zie hypothecaire inschrijving |
Basisaftrek | Bij de inkomstenbelasting is voor iedere belastingplichtige in principe een bedrag vrijgesteld, de zogenaamde basisaftrek. In 2000: fl 8.523,-. Gehuwden en samenwonenden kunnen de basisaftrek soms overdragen aan hun partner. |
Basishypotheek | Hypotheek die onder standaardcondities en tegen basisrente wordt verstrekt. De meeste geldverstrekkers gaan tot 70 à 75% van de executiewaarde (zie aldaar), sommige tot 90%. |
Basisrente | De marktrente van dat moment die een bepaalde bank in rekening brengt voor nieuw af te sluiten hypotheken. Meestal tot 70 à 75% van de executiewaarde. Op de basisrente kan een opslag komen als vergoeding voor extra risico dat de geldverstrekker loopt. Bepalend voor de hoogte van de toeslag is de verhouding tussen de lening en de executiewaarde |
Bebouwingsdichtheid | Aantal woningen per oppervlakte-eenheid, meestal uitgedrukt per hectare (10.000 m2). Bij een woningdichtheid van 60 of meer woningen/HA gaat het om (hoog)stedelijke, meestal gestapelde bouw, bij 25 of minder woningen/HA om landelijke bebouwing, een villa of bungalowwijk. |
Belastbaar bedrag | De zuivere inkomsten, dat wil zeggen na aftrek van de aftrekposten. Op dit bedrag zijn tarieven en vrijstellingen van toepassing, afhankelijk van de soort belasting (bijvoorbeeld op inkomen, op vermogen, op schenkingen, enz.) |
Belastbaar inkomen | Voor de vaststelling van het inkomen waarover belasting wordt betaald spelen behalve het inkomen uit arbeid (loon, salaris, enz.) nog andere factoren een rol. Dit kunnen optelposten zijn (bijverdiensten, ontvangen rente, enz.) of aftrekposten (betaalde rente, studiekosten, enz.). Op het belastbaar inkomen mag een belastingvrije som in mindering worden gebracht. |
Belastbare som | Dat deel van het inkomen waarover uIteindelijk belasting moet worden betaald. De belastbare som is het belastbaar inkomen -/- de belastingvrije som. |
Belastingaangifte | Schriftelijke verklaring waarin het belastbaar inkomen wordt meegedeeld aan de inspectie der belastingen |
Belastingaftrek | Aftrek bij de berekening van het belastbaar inkomen enz. |
Belastinggrondslag | De maatstaf waarop een belasting is gebaseerd, bijvoorbeeld de omvang van het inkomen of van het vermogen, de waarde van een huis, enz |
Belastingplan 2001 | Het door minister Zalm en staatssecretaris Vermeend geintroduceerde plan om de Belastinwetgeving in Nederland drastisch te moderniseren. In plaat van het oude belastingstelesel komt het boxenstelsel. |
Belastingschijven | Indeling van het belastbare inkomen in delen. Over elk gedeelte wordt een ander precentage belasting geheven. |
Belastingvrije som | Voor iedereen is -afhankelijk van de persoonlijke omstandigheden- een bedrag vrijgesteld van inkomstenbelasting en eventuele vermogensbelasting. |
Beleggingsfonds | 1 instelling die gelden van individuele spaarders of inleggers belegt. 2 effecten die niet veel aan koersverandering onderhevig zijn en die men koopt om zijn geld vast te leggen, niet om te speculeren. |
Beleggingshypotheek | De aflossing die in de levensverzekering van de hypotheek wordt opgebouwd, wordt naar keuze belegd in aandelen en/of obligaties. Daarmee kan een hoog rendement worden behaald, maar daar staat een kans op (groot)verlies tegenover. Alleen als het inkomen en/of eigen vermogen voldoende is om eventuele tegenvallers op te vangen, komt deze vorm in aanmerking. Rechtstreeks beleggen, d.w.z.: niet via een levensverzekering, is bij sommige hypotheekaanbieders ook mogelijk. |
Beneficiair aanvaarden | Aanvaarden van een erfenis onder voorbehoud van boedelbe-schrijving. Dit vindt plaats als niet is te beoordelen of de nalatenschap uiteindelijk een positief of een negatief saldo oplevert. Gevolg is dat een erfgenaam voor schulden niet verder aansprakelijk is dan tot de waarde van de bezittingen |
Beperkt recht | Een recht dat is afgeleid van een meeromvattend recht, dat met het beperkt recht is bezwaard. Zo zijn er gebruiksrechten (vruchtgebruik, erfdienstbaarheid, erfpacht, opstal) en zekerheidsrechten (hypotheek, pandrecht) |
Bereidstellingsprovisie | Een uitgebrachte hypotheekofferte met de daarin genoemde rente blijft een bepaalde periode geldig, meestal 2 à 3 maanden. Bij verlenging wordt vaak provisie in rekening gebracht. |
Beroepschrift | Schriftelijk protest tegen een overheidsbeslissing bij een hogere overheidsinstantie of bij een administratieve rechter. Een fiscaal beroepschrift moet u indienen bij de Belastingkamer van het gerechtshof |
Beroepskosten | Kosten die u maakt in het belang van het werk. Deze zijn volledig, beperkt of niet aftrekbaar |
Beschermd stads-of dorpsgezicht | Deel van een gemeente waaraan een beschermend bestemmingsplan geldt. Het is ingeschreven in het Monumentenregister |
Beschermd wonen | De bewoners kunnen op huishoudelijke en psychologische begeleiding rekenen. |
Beschikking | Schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan waarbij aan een bepaalde (rechts)persoon verplichtingen worden opgelegd of rechten worden toegekend dan wel geweigerd. |
Bestemmingsplan | De gemeenteraad stelt de bestemmingen in een gebied vast. Zonodig worden in verband met de bestemming voorschriften gegeven omtrent het gebruik van de grond en de opstallen daarop. |
Bestuurder | De bestuurder van een vereniging van appartementseigenaren zorgt onder meer voor het uitvoeren van de besluiten van de vergadering van eigenaren. |
Betekenen | Overhandigen door een deurwaarder van een afschrift van een dagvaarding, vonnis, enz. |
Bewonersverklaring | De verklaring die bij een premiekoopwoningen vereist is. De eigenaar stelt het Ministerie van VROM op de hoogte van het feit dat de bewoner een woning ook daawerkelijk een vol jaar heeft bewoond. |
Bewoonde staat | Een huis is minder waard als het bewoond wordt dan wanneer het vrij te aanvaarden is. Dan kan de koper er immers direct zelf in gaan wonen. Vaak wordt 60% van die `vrije verkoopwaarde` aangehouden als `waarde in bewoonde staat`. |
Bezitloos pandrecht | Ook wel: pandrecht. Een beperkt recht op niet-registergoederen teneinde daarop bij voorrang een vordering te verhalen. |
Bezwaarde eigendom | Eigendom dat belast is met een aanspraak, bijvoorbeeld met een hypotheek |
Bezwaarschrift | Men protesteert schriftelijk tegen een beslissing bij het bestuursorgaan dat de beslissing genomen heeft. |
Bijdrageregeling geluidshinder nieuwe woningen | Onderdeel van de Wet Geluidshinder. Men kan bijdragen van de overheid aanvragen voor voorzieningen in en rond de nieuwe woning. |
Bloot-eigenaar | Eigenaar van een zaak waarvan een ander het recht van gebruik heeft, bijvoorbeeld het recht van vruchtgebruik. |
Blote eigendom | Beperking op het eigendomsrecht doordat dit is `ontbloot` door bijvoorbeeld het vestigen van het recht van vruchtgebruik. De eigenaar mag verkopen, maar zal moeilijk gegadigden vinden voor een zaak die is bezwaard met vruchtgebruik. |
Bodemrecht | Het recht om `tot op de bodem` bij een belastingplichtige verhaal te zoeken voor zijn schulden. De fiscus heeft bijvoorbeeld het recht om beslag te leggen op roerende goederen die een belastingplichtige onder zich heeft, ook als dat zaken zijn die volgens de huwelijksvoorwaarden aan diens partner toebehoren. |
Boedelscheiding | De verdeling van bezittingen en schulden die gemeenschappelijk eigendom waren. Tot aan het moment van boedelscheiding is er sprake van `onverdeelde eigendom`. De boedelscheiding kan worden vastgelegd in een akte van scheiding en deling. |
Boeterente | Wanneer er meer wordt afgelost dan in de hypotheekovereenkomst is vastgelegd of boetevrij is toegestaan, kan over het extra afgeloste bedrag boeterente worden berekend |
Boetevrij aflossen | Bij hypotheken is het meestal toegestaan boven het jaarlijks verplicht af te lossen bedrag een extra deel zonder boete af te lossen. Vaak is dit `boetevrije bestand-deel` 10 à 20% van het oorspronkelijk geleende bedrag |
Boetevrij bestanddeel | Bij hypotheken is het meestal toegestaan boven het jaarlijks verplicht af te lossen bedrag een extra deel zonder boete af te lossen. Vaak is dit `boetevriJe bestanddeel` 10 à 20% van het oorspronkelijk geleende bedrag. |
Bouw- en woningtoezicht | Gemeentelijke technische dienst, die toezicht houdt op de gemeentelijke verordeningen, de kwaliteit van bestaande woningen, naleving van afgegeven bouwvergunningen, enz. |
Bouwbesluit | Geeft de minimale technische eisen waaraan (nieuwe en bestaande) bouwwerken moeten voldoen. Het speelt onder andere een rol bij het verlenen van bouwvergunningen. |
Bouwdepot | Als men een nieuw huis laat bouwen wordt er in termijnen betaald. Eerst de grond en vervolgens naarmate de bouw vordert de resterende termijnen. De hypotheek wordt op het moment van aankoop voor het gehele bedrag afgesloten en in depot gezet. De termijnen worden uit het depot opgenomen. Over het depot krijgt men een rentevergoeding. Deze is soms lager dan de hypotheekrente die moet worden betaald over de opgenomen bedragen. |
Bouwdepot | Als men een nieuw huis laat bouwen wordt er in termijnen betaald. Eerst de grond en vervolgens naarmate de bouw vordert de resterende termijnen. De hypotheek wordt op het moment van aankoop voor het gehele bedrag afgesloten en in depot gezet. De termijnen worden uit het depot opgenomen. Over het depot krijgt men een rentevergoeding. Deze is soms lager dan de hypotheekrente die moet worden betaald over de opgenomen bedragen. |
Bouwexploit | Aansprakelijkheidsstelling. De omwonenden kunnen de opdrachtgever en/of aannemer van een bouwwerk vooraf aansprakelijk stellen, voor mogelijke toekomstige schade als gevolg van heiwerk of bemaling |
Bouwfinanciering | Als men een nieuw huis laat bouwen wordt er in termijnen betaald. Eerst de grond en vervolgens naarmate de bouw vordert de resterende termijnen. De hypotheek wordt op het moment van aankoop voor het gehele bedrag afgesloten en in depot gezet. De termijnen worden uit het depot opgenomen. Over het depot krijgt men een rentevergoeding. Deze is soms lager dan de hypotheekrente die moet worden betaald over de opgenomen bedragen. |
Bouwgarant | Aannemers die lid zijn van de NVOB kunnen deelnemen in de Stichting Bouwgarant. Deze stichting garandeert onder andere het herstel van gebreken en de afbouw van een huis als de aannemer tijdens de bouw failliet gaat. |
Bouwhypotheek | Hypotheek voor de financiering van een nog te bouwen huis. Naarmate de bouw vordert neemt de waarde van het onderpand toe en wordt het toegezegde bedrag in termijnen ter beschikking gesteld. |
Bouwrente | Dit begrip omvat alle rente die de koper van een nieuwbouwwoning tijdens de bouw moet betalen aan de aannemer en de geldverstrekker: uitstelrente, boeterente, financieringsvergoeding en hypotheekrente. Deze rentekosten worden vaak meegefinancierd in de hypotheek |
Bouwsomlimiet | Als u een architect opdracht geeft om een huis voor u te ontwerpen, is het verstandig om van tevoren vast te leggen wat de realisering van het ontwerp maximaal mag kosten |
Bouwvergunning | Vereist voor (ver)bouwen. De vergunning wordt afgegeven door Burgemeesters en Wethouders |
Bouwverordening | De Woningwet verplicht de gemeenteraad tot het vaststellen van een bouwverordening |
Breukdeel | Het aandeel dat een appartementseigenaar in de gemeenschap heeft |
Bruto inkomen | Inkomen vóór aftrek van belastingen en premies en zonder overhevelingstoeslag. Bepaalt hoeveel u aan hypotheek kunt krijgen |
Bruto maandlasten | Het bedrag (zonder belastingvoordeel) dat u maandelijks verschuldigd bent aan de hypotheekverstrekker. |
BTW | (Belasting Toegevoegde W) De omzetbelasting op goederen en diensten in alle lidstaten van de Europese Gemeenschap. Deze is inbegrepen bij de prijs die de consument moet betalen. |
Budgetteren | Het overszichtelijk opstellen van een compleet van maandelijkse in- en uitgaven in de oude en nieuwe situatie. |
Burgemeester en Wethouders | (het college van) Burgemeester en Wethouders vormt het dagelijks bestuur van een gemeente |
CAI | Centrale Antenne Inrichting |
Canon | Een jaarlijkse vergoeding voor grond in erfpacht, te betalen door de erfpachter aan de erfverpachter. |
CAR-verzekering | Zie constructie all-riskverzekering |
CAS | Centraal Antenne Systeem voor een complex of een wijk |
Cascowoning | De dragende constructie wordt opgeleverd. De koper zorgt bijvoorbeeld zelf voor installaties, de afwerking van wanden en vloeren, de keukeninrichting, enz |
Catalogushuis | Men biedt een kant en klaar ontwerp aan met een vaste bouwprijs. Meestal zijn veel variaties mogelijk en vaak betreft het systeembouw |
Centiare | 1 m2 |
CentraalTestamentenregister | Openbaar register van alle in Nederland gemaakte testa-menten. Iedereen kan na iemands overlijden nagaan of de overledene een testament heeft gemaakt en welke notaris dat bewaart |
Cessie | Overdracht van rechten, bijvoorbeeld een vordering. Cessie vindt plaats d.m.v. een akte. Cessie kan aan de orde zijn bij de voorfinanciering van subsidie. Bij verzekeringen die verband houden met een hypotheek spreekt men van `(stil) pandrecht`. Via cessie wordt de subsidie of de verzekeringsuitkering aan de geldverstrekker uitbetaalt in plaats van aan de woningeigenaar |
Comparant(en) | De persoon die voor een notaris of rechter verschijnt om iets te regelen of te verklaren. |
Constructie all-risk (CAR)-verzekering | Verzekering die aan alle partijen dekking biedt tegen materiële schade en/of verlies die is ontstaan tijdens de uitvoering van een bouwproject |
Consumptief krediet | Persoonlijke lening, doorlopend (of continu) krediet, rekening courant krediet en blanco krediet. Behalve voor een rekening courant krediet hoeft voor een consumptief krediet geen zekerheid te worden gesteld (pand of hypotheek). De kredietruimte wordt dan bepaald aan de hand van het inkomen en eventuele andere financiële verplichtin-gen |
Contante waarde | Geld dat in de toekomst wordt ontvangen of betaald, heeft minder waarde danGeld dat direct wordt ontvangen of betaald. De ontvanger of betaler mist immers rente over het geld. Het bedrag wordt daarom contant gemaakt, dat wil zeggen afgewaardeerd met toepassing van een rentefactor |
Contante waarde van het renteverschil | Als een lopende geldlening (hypotheek) geheel of gedeeltelijk wordt beëindigd, lijdt de geldverstrekker een renteverlies als de overeengekomen rente hoger is dan de op dat moment geldende dagrente. Als men geen aanspraak kan maken op een gehele of gedeeltelijke boetevrije aflossing, dan geldt als boete meestal de contante waarde van het totale verschil tussen de hogere en de lagere rente-opbrengst tot het einde van de rentevaste periode |
Contractrente | De overeengekomen rente |
Contractuele aansprakelijkheid | Een aannemer is op grond van de aannemingsovereenkomst aansprakelijk. In het model koop-/aannemingsovereenkomst is bijvoorbeeld geregeld hoe lang na de oplevering de aannemer aansprakelijk is voor diverse soorten gebreken.De contractuele aansprakelijkheid staat los van de GIW-garantie (zie aldaar) |
Controlekosten | Ook wel: inspectiekosten. 1. bij nieuwbouw: controle of de door de ondernemer in rekening gebrachte termijnen wel in overeenstemming zijn met (de voortgang van) de bouwwerkzaamheden. 2. als een koper na ingang van de GIW-garantieperiode aan de bouwer meedeelt dat de woning niet voldoet aan de garantienormen, kunnen GIW-aannemers dit komen verifiëren en daarvoor inspectiekosten berekenen. Deze kosten krijgt de koper terug als de klacht terecht blijkt te zijn. |
Conversiekosten | De kosten die gemaakt worden om over te stappen van de ene naar de andere rentevaste periode of te switchen tussen bandbreedtes. |
Courtage | Beloning,loon of provisie die u betaald aan de makelaar. |
Crediteur | Een persoon of bedrijf met een vordering op een andere persoon of ander bedrijf. |
Dading | Ook wel: schikking. Overeenkomst waarbij een geschil wordt opgelost. Beide partijen geven wat toe, waardoor een procedure wordt voorkomen of beëindigd. |
Dagrente | Rente zoals die op een bepaalde dag geldt. |
Dalrentegarantie | De geldverstrekker biedt u de laagste hypotheekrente aan die bij haar gold in de periode tussen acceptatie van de hypotheekofferte en het transport van de hypotheekakte |
Debiteur | Een persoon of bedrijf met een schuld aan een andere persoon of ander bedrijf. |
Debiteur | Schuldenaar |
Deelopdracht | Architecten, makelaars enz. gaan ervan uit dat u hen een `totaalopdracht` geeft, tenzij u nadrukkelijk vastlegt dat u slechts een `deelopdracht` verstrekt. Bij de aankoop van een huis schakelt u een makelaar bijvoorbeeld uitsluitend in om voor u de prijsonderhandelingen te voeren, een architect geeft u uitsluitend opdracht voor het eigenlijke ontwerp inclusief bestek en tekeningen |
Depot | `In depot geven` betekent: in bewaring geven, meestal van effecten, bij een bank of commissionair in effecten. |
Depotrente | Rente die verschuldigd is wordt door stalling van geld in een depot. |
Disagio | Het negAtieve verschil tussen de aankoop koers van een aandeel of obligatie en de nominale waarde. Een positief verschil wordt agio genoemd. |
Doorloopconstructie | In principe hoort een spaarhypotheek te worden beëindigd zodra het spaarkapitaal gelijk is aan het geleende bedrag. Normaal gesproken gebeurt dat op einddatum. Sommige spaarhypotheken kunt u op einddatum verlengen, d.w.z. dat de aflossing wordt uitgesteld. Het spaarkapitaal groeit dan uit boven het geleende bedrag. Hiervoor wordt een `open-eindeclausule` opgenomen in de verzekerings- en hypotheekvoorwaarden |
DuBo | Duurzaam bouwen |
Duurzaam bouwen (DuBo) | Dit houdt in dat door de keuze van bouwmaterialen, woninginstallaties en de manier van bouwen energie wordt bespaard en minder afval en milieu-onvriendelijke stoffen worden geproduceerd |
Dwaling | Een `gebrek in de wilsvorming` bij het totstandkomen van een overeenkomst door een valse voorstelling over de zaak of de persoon waarmee men handelt |
Dwingend recht | Bepalingen in de wet waar partijen onderling niet van af kunnen wijken bij het aangaan van een overeenkomst |
Economisch eigendom | Eigendom kan worden gesplitst in economische en juridische eigendom. Bij economische eigendom van een huis draagt men alle rechten en plichten over en kan de verkrijger er feitelijk over beschikken. De woning komt pas in juridische eigendom wanneer deze bij de notaris is overgedragen en d.m.v. de transportakte is ingeschreven bij het Kadaster |
Economische gebondenheid | In sommige gemeenten krijgt men -onder een bepaalde koopprijs- slechts een huisvestingsvergunning als men binnen die gemeente of regio werkt |
Economische huurwaarde | De huur die een huis bij verhuur zou opbrengen |
Economiser | Apparaat om het aangevoerde water te verwarmen vóór het in de cv-ketel komt |
Effecthypotheek | De hypothecaire lening is een zogenaamde aflossingsvrije hypotheek. Hiervoor wordt alleen rente voldaan. De lening waarmee de aandelen worden aangekocht is ook een aflossingsvrije leenvorm. De levensverzekering komt tot uitkering indien een verzekerde komt te overlijden. De effectenhypotheek lijkt veel op de beleggingshypotheek. Het grote verschil is dat u bij de effectenhypotheek helemaal zelf kunt bepalen hoe uw belegging er uit ziet. Dit houdt natuurlijk wel een bepaald risico in en vergt enig verstand van beleggen. |
Effectieve rente | De rente die u daadwerkelijk betaald, waarbij inbegrepen zijn de afsluitkosten, de frequentie, voor of achteraf betalen en de terugbetaaltermijn. |
Eigendomsakte | Ook wel: overdrachtsakte. De akte die door de notaris wordt opgemaakt bij de koop en verkoop van onroerende zaken. Deze akte wordt geregistreerd bij het Kadaster. |
Eigendomsbewijs/akte | Ook wel: overdrachtsakte. De akte die door de notaris wordt opgemaakt bij de koop en verkoop van onroerende zaken. Deze akte wordt geregistreerd bij het Kadaster. |
Eindheffing | Onder bepaalde voorwaarden hoeft men geen aangifte te doen voor de inkomsteNbelasting. De ingehouden loonbelasting is dan de definitieve belasting, de eindheffing |
Erfdienstbaarheid | Een last die aan het bezit van een onroerende zaak verbonden is, zoals het `recht van overpad`. |
Erfgenaam | Iemand die volgens de wet of volgens een testament recht heeft op (een deel van) een erfenis |
Erflater | Iemand die enig bezit als erfenis nalaat |
Erfpacht(recht) | Een beperkt zakelijk recht om het volle genot te hebben van een aan een ander toebehorend stuk grond. De erfpachter heeft min of meer dezelfde rechten als een eigenaar zolang de erfpacht duurt, maar mag niets doen wat de waarde van de grond kan verminderen |
Erfrecht | Het geheel van wetten dat de situatie na overlijden behandelt, inclusief de omvang van de erfdelen en wie de wettelijke erfgenamen zijn. Het erfrecht is vastgelegd in het Burgerlijk Wetboek |
Ernstige gebreken | Volgens de model koop-/aannemingsovereenkomst is de aannemer tot 20,5 jaar na de oplevering aansprakelijk voor gebreken die de hechtheid van de constructie of een wezenlijk onderdeel daarvan in gevaar brengen of aantasten |
Euro | De munteenheid die per 1 januari 1999 het betaalmiddel van de Economische en Monetaire Unie moet worden. De euro vervangt op dat moment de ecu. |
Executeur-testamentair | Degene die is belast met praktische, uitvoerende werkzaamheden die de afwikkeling van een nalatenschap met zich meebrengt |
Executie | Uitvoeren van een vonnis |
Executieverkoop | Als een eigenaar niet aan zijn betalingsverplichtingen voldoet, kan de geldverstrekker verkoop van het onderpand (het huis) eisen. Als het tot openbare verkoop komt, wordt er vaak geveild. De schuldenaar heeft er belang bij dat op de veiling het hoogste bod wordt geaccepteerd. Soms staat echter in de voorwaarden dat de geldverstrekker het hoogste bod mag weigeren als er twijfel bestaat aan de kredietwaar-digheid van de bieder. Men kan dan zonder nader overleg of verantwoording ingaan op een lager bod. De opbrengst bij een normale `onderhandse` verkoop is meestal hoger dan die op een veiling. Voor onderhandse verkoop is in geval van executie echter toestemming van de rechter nodig |
Executiewaarde | De waarde van het huis bij gedwongen verkoop. Bij bestaande woningen wordt die meestal geschat (getaxeerd) op 80 à 85% van vrije verkoopwaarde, afhankelijk van de marktomstandig-heden en de courantheid van het pand. Bij nieuwbouwhuizen gaat men meestal uit van 90% van de koop-/aanneemsom, inclusief de eventuele kosten van meerwerk. Bij een hypotheek zonder Nationale Hypotheek Garantie geldt de executiewaarde als uitgangspunt voor de hypotheek. Meestal kan niet méér worden geleend dan 125% van de executiewaarde. Tot circa 75% van de executiewaarde wordt meestal het normale rentetarief berekend, daarboven geldt een renteopslag die vaak hoger is naarmate men meer leent ten opzichte van de genoemde grens |
Exoneratie | Uitsluiting of beperking van aansprakelijkheden. In veel contracten staan clausules van deze strekking |
Expiratiedatum | Het moment waarop een contract of onderdeel daarvan afloopt. Bijvoorbeeld: het einde van een rentevaste periode, het einde van een hypotheekcontract, enz |
ExploitatIerekening | Verslag van inkomsten en uitgaven |
Extra aflossen | Aflossing boven het bedrag dat contractueel verplicht is |
Extra premiestorten | Bij een levenhypotheek is het bijstorten van extra (spaar)premie te verkiezen boven extra aflossen. Hierbij moet u wel rekening houden met bepaalde fiscale voorwaarden |
Financieringskosten | Zie: Afsluitkosten. |
Financiersvergoeding | Een nieuwbouwwoning wordt meestal vanaf tekening of tijdens de bouw gekocht. De woning wordt dan in termijnen betaald. Over de termijnen die vóór het sluiten van de koop-/aannemingsovereenkomst zijn vervallen (reeds verschuldigd zijn), berekent de bouwer meestal een financie-ringsvergoeding. De Belastingdienst beschouwt dit niet als rente, maar als deel van de koop-/aanneemsom. De financieringsvergoeding is daarom niet aftrekbaar |
Fixatieprovisie | Provisie die in rekening wordt gebracht wanneer u uw hypotheek omzet naar een andere rentevaste periode. |
Forfait | Een vaste, vooraf bepaalde som of tarief |
Garantie Instituut Woningbouw (GIW) | Instituut dat de garantiecertificaten uitgeeft en administreert. Gevestigd in Rotterdam |
Garantie- en waarborgregeling | Nieuwbouwwoningen worden meestal gebouwd onder garantie, bijvoorbeeld van het Garantie Instituut Woningbouw (zie aldaar). Onder die garantie valt een kwaliteitsgarantie en de garantie dat het huis wordt afgebouwd, ook als de bouwondernemer failliet gaat. Gesubsidieerde woningen moeten in principe altijd onder een dergelijke garantie worden gebouwd. De koper heeft recht op afgifte van het waarborgcertificaat |
Garantiecertificaat | Certificaat dat uitgereikt wordt door het Garantie Instituut Woningbouw. Kwaliteitsgarantie. Let op dat u bij het aankopen van een huis met garantiecertificaat dat u binnen de daarvoor gestelde termijn het certificaat op uw naam over laat schrijven. |
Gebonden eigendom | Experiment waarbij huurwoningen onder bepaalde voorwaarden aan de huurders of anderen worden doorverkocht. De verkoop geschiedt via een woningcorpo-ratie die een onderhoudsovereenkomst met de koper sluit |
Gebouwde aanhorigheden | Aanbouwsels en bijgebouwen die bij een onroerende zaak behoren. Bijvoorbeeld: garage, tuinhuis, schuur, enz |
Gebouwde eigendom | Alle eigendom die is ge- of bebouwd |
Gebouwde onroerende zaken | Gebouwen, woningen, enz |
Gedeputeerde Staten (GS) | Dagelijks bestuur van een provincie |
Gedragscode Hypothecaire Financieringen | Gedragscode waarmee vrijwel alle hypotheekverstrekkers akkoord zijn gegaan. De gedragscode stelt minimumvoor-waarden aan folders, offertes, de voorwaarden van hypo-theken en berekeningen van de hypotheeklasten. Tegen overtredingen van de gedragscode kan men zich beklagen bij een Commissie van Toezicht |
Gekwalificeerde meerderheid van stemmen | Vastgelegde meerderheid van stemmen, bijvoorbeeld 3/4, 2/3 |
Gemeenschap vanGoederen | Een manier van huwen, waarbij beide echtgenoten vooR 50% eigenaar zijn of worden van zowel de gezamenlijke eigendommen als de schulden. |
Gemeenschappelijk eigendom | Twee of meer personen zijn eigenaar van één zaak, bijvoorbeeld een woning |
Gemeenschappelijke ruimte | Tot een gebouw behorende ruimte waarop twee of meer woningen zijn aangewezen, bijvoorbeeld de hal of het trapportaal van een appartementencomplex |
Gemeentefonds | Fonds van de rijksoverheid waaruit gemeenten via een bepaalde verdeelsleutel uitkeringen ontvangen. Het fonds wordt gevoed met opbrengsten van de rijksbelastingen |
Gemeentegarantie | Een bewijs waarmee de gemeente zich garant stelt voor de hypotheekschuld van een huiseigenaar ten opzichte van een geldschieter, zoals een bank of verzekeringsmaatschappij. |
Gemeenteraad | College aan het hoofd van een gemeente dat de burgers vertegenwoordigt, onder voorzitterschap van de burgemeester |
Gemeentewet | Regelt de samenstelling, inrichting en bevoegdheid van een gemeentebestuur |
Gemengde verzekering | Een verzekering waarbij de uitkering van het verzekerde kapitaal plaatsvindt op een bepaalde in de polis genoemde datum (de eind- of expiratiedatum) of bij eerder overlijden van de verzekerde. Het woord gemengd geeft aan dat het een combinatie is van een verzekering bij leven en een tijdelijke overlijdensverzekering. |
Gereedmeldingsformulier | Wanneer een premiewoning door de bewoner bewoond kan worden, moet u dit formulier indienen bij de gemeente. Dit formulier dient als feitelijke aanvraag voor de subsidie. |
Gerichte aankoopopdracht | Opdracht tot aankoop van een specifiek aangeduid object met een vooraf bepaalde aankoopprijs |
Gezamenlijk eigendom | Ook wel: gemeenschappelijk eigendom. Twee of meer personen zijn eigenaar van één zaak, bijvoorbeeld een woning. |
Grondexploitatie | Een berekening van de kosten en opbrengsten van alle grond in een bouwplan |
Hectare | 10.000 m2 |
Heffingsrente | U bent heffingsrente verschuldigd of u ontvangt heffingsrente als de Belastingdienst uw aanslag inkomstenbelastingpremie volksverzekeringen over een bepaald jaar oplegt na 1 juli van het daarop volgende jaar |
Herberekening van de annuïteit | Als er bij annuïteitenhypotheken sprake is van extra aflossingen kan de maandtermijn worden herberekend/verlaagd. Sommige banken voeren deze herberekening uitsluitend op verzoek van de cliënt uit. Wanneer deze herberekening niet plaatsvindt, is het effect van de extra aflossing pas merkbaar na renteherziening |
Herbouwwaarde | Het bedrag dat nodig is om een tenietgegane (bijvoorbeeld afgebrande of ingestorte) woning opnieuw te bouwen met dezelfde bestemming op dezelfde locatie. Er is geen direct verband met de verkoopwaarde. Het is gebruikelijk dat de herbouwwaarde is vermeld in een taxatierapport. De herbouwwaarde is de basis voor de opstalverzekering. Tenzij anders vermeld, is de herbouwwaarde exclusief de kosten van aanleg van een fundering |
Herinrichtingskosten | Kosten voor het bewoonbaar maken van een woning bij een verhuizing. Deze kosten zijn met iNgang van het belastingjaar 1996 wettelijk aftrekbaar |
Herstelperiode | Begrip uit de model koop-/aannemingsovereenkomst 1992. Periode van drie maanden waarbinnen de ondernemer de bij oplevering geconstateerde tekortkomingen moet herstellen |
Hertaxatie | Na afloop van een rentevaste periode doet de bank een nieuw voorstel voor de volgende rentevaste periode van de hypotheek. Sommige geldverstrekkers laten het onderpand dan opnieuw taxeren, om te zien of het nog voldoende waarde vertegenwoordigt. Het is zelfs mogelijk dat de bank weigert de hypotheek te verlengen, of alleen onder ongunstiger voorwaarden, tenzij er sprake is van Nationale Hypotheek Garantie. |
Hoofdelijke aansprakelijkheid | In geval van een gezamenlijke (hypotheek)schuld kan ieder afzonderlijk worden aangesproken voor de totale schuld. |
Hoog laagconstructie | Als u een hypotheek wilt aflossen door middel van een levensverzekering kunt u ervoor kiezen om dit te doen via een hoog/laagconstructie. Dit houdt in dat u de eerste jaren een veel hogere premie betaalt, waardoor direct een kapitaal wordt opgebouwd en uw vervolgpremies lager zullen zijn. |
Horizontaal eigendom | Eigendom van een appartementsrecht |
Huisvestingsvergunning/-verordening | De huisvestingsverordening is gebaseerd op de Huisvestingswet. In de verordening kan een gemeente opnemen dat voor het bewonen van een huur- of koopwoning in die gemeente een vergunning (huisvestingsvergunning) nodig is. Dat geldt voor woningen tot een bepaalde huur- of koopgrens. Voor koopwoningen is de grens in 2000 186.000,-. |
Huisvestingswet | Regelt de beheers- en verdelingsaspecten in de volkshuisvesting. |
Huizenprijzen | De aankoopprijzen van woningen in Nederland. Niet te verwarren met vraagprijzen. |
Huurbeding | Hypotheekbeding waarin de huiseigenaar wordt beperkt in zijn vrijheid om de woning te verhuren. |
Huurkoop | Koop en verkoop op afbetaling, waarbij partijen overeenkomen dat de eigendom niet bij de levering overgaat op de koper maar pas als het hele verschuldigde bedrag is betaald. Voor de huurkoop van onroerend goed geldt een aparte wettelijke regeling. |
Huurwaardeforfait | Denkbeeldige inkomsten uit de eigen woning, uitgedrukt in een vast bedrag dat afhankelijk is van de waarde van het huis. Dit bedrag moet de eigenaar bij zijn inkomen optellen. |
Huwelijkse voorwaarden | Bij het trouwen legt men vast welke vermogensbestanddelen aan wie toebehoren. Toekomstig vermogen komt toe aan degene op wiens naam het is ingebracht. Als dat niet wordt vastgelegd, komt het voor 50% aan elk van beide partners toe. |
Hybride hypotheek | Een hybride hypotheek is een combinatie van een spaarhypotheek en beleggingshypotheek waarbij u de mogelijkheid krijgt om, afhankelijk van de beleggingsmarkt te kunnen wisselen tussen sparen en beleggen. Vindt u het leuk om regelmatig de beursen te analyseren en daarmee uw voordeel te kunnen doen. Dan is deze hypotheek u op het lijf geschreven. |
Hypothecaire inschrijving | De vermelding in het hypotheekregister aan wie en voor welk bedrag een recht van hypotheek is verleend. De inschrijving is het moment waarop de hypotheek van kracht wordt. Is in heT register een vast bedrag ingeschreven, dan kan de geldverstrekker in principe al zijn vorderingen verhalen op het onderpand (de woning) tot het bedrag van de inschrijving. Bij een zogenaamde vaste inschrijving is er sprake van een dalend hypotheekrecht: de bank kan niet meer verhalen dan de nog restschuld van de hypotheek plus eventueel kosten en achterstallige rente. |
Hypothecaire lening | Een lening waarvoor een onroerende zaak of een in een register opgenomen schip of vliegtuig bij notariële akte tot zekerheid is verbonden. Meestal wordt de schuld expliciet in de akte omschreven. In het algemeen is het geleende bedrag niet meer dan 75% van de geschatte waarde van het goed bij executoriale verkoop. Leent de koper het bedrag van de totale waarde, dan is er sprake van een tophypotheek. In het dagelijks taalgebruik wordt de hypothecaire lening vaak kortweg hypotheek genoemd. |
Hypotheek | Geldlening waarbij een onroerende zaak als onderpand dient. |
Hypotheekakte | Een door een notaris opgemaakt bewijs van een hypotheek. |
Hypotheekaktekosten | De kosten die de notaris berekent voor het passeren van de hypotheekakte en de kosten voor registratie in het hypotheekregister. Deze kosten zijn per 1-10-1999 binnen een bepaalde marge onderhandelbaar. |
Hypotheekgever | Degene die van een of meer anderen geld leent en als zekerheid daarvoor het zakelijk recht van hypotheek op zijn onroerende zaak, schip of vliegtuig geeft. |
Hypotheekkantoor | Ook wel: kadaster. Instelling waar alle onroerende zaken (grond, gebouwen, enz.) staan geregistreerd. Iedereen kan bij het Kadaster onder meer informeren wie de eigenaar is van een onroerende zaak, of er hypotheek op rust en zo ja, hoeveel. |
Hypotheeknemer | Degene die aan een of meer anderen geld uitleent en als zekerheid daarvoor het zakelijk recht van hypotheek op een onroerende zaak, schip of vliegtuig krijgt. |
Hypotheekofferte | Een voorstel tot het aangaan van een hypotheekovereenkomst, dat zijn kracht verliest door tijdsverloop of herroeping. |
Hypotheekrecht | Ook wel: hypothecaire inschrijving. Vermelding in het hypotheekregister aan wie en voor welk bedrag een recht van hypotheek is verleend. De inschrijving is het moment waarop de hypotheek van kracht wordt. Is in het register een vast bedrag ingeschreven, dan kan de geldverstrekker in principe al zijn vorderingen verhalen op het onderpand (de woning) tot het bedrag van de inschrijving. Bij een zogenaamde vaste inschrijving is er sprake van een dalend hypotheekrecht: de bank kan niet meer verhalen dan de nog restschuld van de hypotheek plus eventueel kosten en achterstallige rente. |
Hypotheekregister | Alle hypotheken worden ingeschreven in een openbaar, voor iedereen toegankelijk register bij het Kadaster. Zo kan altijd worden gecontroleerd of er op een bepaalde onroerende zaak een hypotheek rust en zo ja, hoeveel. |
Hypotheekregister | Alle hypotheken worden ingeschreven in een openbaar, voor iedereen toegankelijk register bij het Kadaster. Zo kan altijd worden gecontroleerd of er op een bepaalde onroerende zaak een hypotheek rust en zo ja, hoeveel. |
Hypotheekrente | De vergoeding die men verschuldigd is voor een hypothecaire lening. |
Hypotheekrente tijdens de bouw | Ook wel: bouwfinanciering. Als men een nieuw huis laat bouwen wordt er in termijnen betaald. Eerst de grond en vervolgens naarmate de bouw vordert de resterende termijnen. De hypotheek wordt op het moment van aankoop voor het gehele bedrag afgesloten en in depot gezet. De termijnen worden uit het depot opgenomen. Over het depot krijgt men een rentevergoeding. Deze is soms lager dan de hypotheekrente die moet worden betaald over de opgenomen bedragen. |
In gebreke stellen | Men stelt een (contract)partij er schriftelijk van op de hoogte dat deze niet, niet geheel, of niet tijdig aan zijn verplichtingen heeft voldaan. |
Inboedelverzekering | Het verzekeren van al de roerende goederen in een huis (huisraad). |
Indemniteitsbeginsel | Principe uit het verzekeringsrecht. Verzekeringen dienen om de schade te dekken: de verzekerde mag er financieel niet op vooruitgaan. |
Indicatief bodemonderzoek | Bij de bouw van gesubsidieerde huizen en voor de afgifte van een bouwvergunning moet de gemeente onderzoeken of er sprake is van bodemverontreiniging. |
Infrastructuur | Voorzieningen in een wijk of gebied, waardoor het goed kan functioneren. Bruggen, wegen, spoorlijnen, enz. vallen onder de infrastructuur. |
Inkomentoetsing | Het toetsen van een werkgeversverklaring en een recente loonstrook om te kijken of u voldoende inkomen heeft om de maandelijkse hypotheeklast te kunnen dragen |
Inkomstenbelasting | Iedere Nederlander is belasting verschuldigd over zijn inkomen. Loonbelasting wordt als voorheffing op de inkomstenbelasting door de werkgever ingehouden. De belastingdruk van inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen en vermogensbelasting samen mag niet hoger zijn dan 68% van het inkomen (68%-regeling) |
Inspanningsverbintenis | Overeenkomst waarbij iemand vastlegt dat hij een inspanning levert, maar het resultaat van die inspanning ligt niet vast. Voorbeeld: diensten van een advocaat of makelaar. |
Inspectie(kosten) | 1. bij nieuwbouw: controle of de door de ondernemer in rekening gebrachte termijnen wel in overeenstemming zijn met (de voortgang van) de bouwwerkzaamheden. 2. als een koper na ingang van de GIW-garantieperiode aan de bouwer meedeelt dat de woning niet voldoet aan de garantienormen, kunnen GIW-aannemers dit komen verifiëren en daarvoor inspectiekosten berekenen. Deze kosten krijgt de koper terug als de klacht terecht blijkt te zijn. |
Intentieverklaring | Verklaring waarin afspraken omtrent een later te sluiten overeenkomst worden vastgelegd |
Interingsvrijstelling | Tegemoetkoming voor degenen met een bescheiden inkomen die voor hun levensonderhoud moeten interen op hun vermogen. |
Invorderingsrente | Berekent de belastingdienst als u na het verstrijken van de laatste betalingstermijn niet betaalt. Dit gebeurt ook als u uitstel heeft gekregen. U ontvangt invorderingsrente als een reeds door u betaalde aanslag wordt verminderd. |
Invorderingsvrijstelling | Vrijstelling van belastingheffing tot maximaal 150% van de geldende belastingvrije som. Geldt in principe alleen voor belastingplichtigen die geen looninkomsten hebben. |
Jaarinkomen | Het brutobedrag dat u jaarlijks ontvangt. |
Jaaropgave loonbelasting | Wie in loondienst werkt, krijgt eens per jaar een formulier van zijn werkgever waarop deze aangeeft welke bedragen zijn uitbetaald respectievelijk ingehouden. |
Jaarrekening | Geeft inzicht in de financiële positie over het afgelopen jaar, bestaande uit: De staat van baten en lasten, de balans en de toelichting. |
Juridische eigendom | Eigendom kan worden gesplitst in economische en juridische eigendom. Bij economische eigendom van een huis draagt men alle rechten en plichten over en kan de verkrijger er feitelijk over beschikken. De woning komt pas in juridische eigendom wanneer deze bij de notaris is overgedragen en d.m.v. de transportakte is ingeschreven bij het Kadaster. |
Jurisprudentie | Uitspraken van rechterlijke instanties worden vastgelegd. Deze vastgelegde uitspraken over een reeks van jaren noemt men de jurisprudentie. Bij de behandeling van rechtszaken wijst men vaak op eerdere uitspraken. De rechter zal veelal aansluiting zoeken bij de gangbare opvatting |
Kadaster | Een voornalige overheidsdienst voor de uitvoering van taken van publiekrechtelijke aard op het gebied van ruimtelijke ordening en ruilverkaveling. Het kadaster beheert kaarten waarop percelen grond staan ingetekend. De dienst houdt openbare registers bij met gegevens over eigendom en eventuele bezwaring met een zakelijk recht (zoals hypotheek) van woonhuizen en bedrijfspanden. |
Kadastraal recht | Als een onroerende zaak van eigenaar verandert, of er wordt een hypotheek op gevestigd, wordt de akte ingeschreven in een register op het Kadaster. Het Kadaster rekent daar een bepaald bedrag (`recht`) voor, dat afhankelijk is van de koopprijs resp. het hypotheekbedrag |
Kapitaalsuitkering | Eenmalige uitkering uit een levensverzekering |
Kapitaalverzekering | Een verzekering waarbij de verzekeraar op zich neemt bij het voorvallen van de in de polis voorziene gebeurtenis dan wel op de in de polis genoemde datum een eenmalige uitkering ter grootte van het in de polis genoemde bedrag te doen, de kapitaalsuitkering. De verzekeringnemer moet vooraf een premie storten. |
Kavel | 1. stuk grond. De grenzen van de kavel worden bij de uitgifte bij benadering omschreven. Voor of na de koop worden de grenzen precies vastgesteld en vastgelegd in de registers van het Kadaster. 2. aandeel in de verdeling van een gemeenschap, bijvoorbeeld van een nalatenschap of een boedel |
Kettingbeding | Hypotheekakte waarin een clausule is opgenomen dat een verplichting die rust op de eigenaar ook moet worden opgelegd aan volgende eigenaren van het onroerend goed. |
Kindsdelen | Kinderen hebben -zonder testament- recht op een even groot deel uit de boedel als de langstlevende echtgenoot. Maar ook via een testament kan hun erfdeel nooit helemaal worden aangetast, zie `legitieme portie`. |
Koninklijk Besluit | Beslissing die de Kroon kan nemen zonder medewerking van de Staten Generaal. Wel moet de Raad van State hierin worden gekend. |
Koop-/aannemingsovereenkomst | Afspraak tot koop van grond en (af)bouw van een woning. |
Koopovereenkomst | Afspraak tot koop van de bijvoorbeeld een onroerende zaak. |
Koopsompolis | Ook wel: lijfrenteverzekering. Verzekering waarvoor een periodieke of eenmalige (koopsompolis) premie wordt gestort en die op een vooraf overeengekomen datum tot uitkering komt. De uitkering bestaat uit een periodieke `lijfrente`. Deze kan gelden voor een bepaalde periode of voor onbepaalde tijd, namelijk zolang het `lijf` in leven is. De premie is tot een bepaald maximum fiscaal aftrekbaar; de lijfrentes zijn fiscaal belast. De lijfrenteverzekering kan ook worden gecombineerd met een hypotheek, waarbij de toekomstige lijfrentes geheel of gedeeltelijk worden gebruikt voor betaling/aflossing van de hypotheek. |
Kosten Koper (k.k.) | Bij de koop van een bestaand huis zijn de wettelijk te maken kosten niet inbegrepen in de koopsom. Het betreft de overdrachtsbelasting of BTW, de kadastrale rechten en de notariskosten voor het transport. De meeste bestaande huizen worden `kosten koper` verkocht |
Krediethypotheek | De krediethypotheek wordt ook wel rekening couranthypotheek genoemd. U spreekt met de bank een maximaal te lenen bedrag af. U mag tot dit afgesproken maximum opnemen. Er wordt alleen over het opgenomen bedrag rente betaald. Heeft u tijdelijk weer geld over, dan kunt u dit weer aflossen en daalt uw maanbedrag. |
Kruislingse premiebetaling | Het over en weer sluiten van een overlijdensrisicoverzekering op het leven van de partner waarbij de ene partner de premie is verschuldigd op het leven van de ander. |
Kubieke meter (m³) | De inhoud van een kubus waarvan alle zijden 1 meter lang zijn is 1 m³. Twee van die kubussen hebben een inhoud van 2 m³. De inhoud van een kubus waarvan alle zijden 2 meter lang zijn, is 2x2x2 = 8 m³. |
Kwalitatief lidmaatschap | Aan het lidmaatschap is een voorwaarde (`kwaliteit`) verbonden. Alleen als men hieraan voldoet, kan men lid worden. |
Kwaliteitstoets | Het controleren van de prijskwaliteit verhouding bij premiekoopwoningen dit word gedaan door de subsidieverstrekker (de gemeente). |
Kwaliteitsverklaring | Schriftelijk bewijs, voorzien van een door de minister van Volkshuisvesting aangewezen merkteken, afgegeven door een door die minister aangewezen instituut. Een bouwmateriaal of bouwdeel met een kwaliteitsverklaring wordt geacht te voldoen aan de eisen van het Bouwbesluit |
Kwijting | Een verklaring dat een schuld is afgelost |
Ladderrecht | Het recht van het plaatsen van een ladder of steiger op het terrein van de buurman als dit voor reparaties noodzakelijk is. Als schade ontstaat, kan de buurman schadevergoeding eisen. De term ladderrecht is sinds enige jaren vervangen door `gebruik andermans onroerende zaak` |
Ladenplan | Traditioneel gebouwd huis volgens een kant en klaar ontwerp, compleet met bestek en tekeningen, met een vaste bouwprijs. |
Landelijke Makelaars Vereniging (LMV) | Circa 300 makelaars zijn hierbij aangesloten. De organisatie is vergelijkbaar met de NVM. |
Langstlevende testament | Testament waarbij de ouders over en weer de langstlevende tot erfgenaam benoemen. Beide ouders maken dus zo`n testament. De andere erfgenamen kunnen hun erfdeel in beginsel pas opeisen na overlijden van de langstlevende ouder. |
Leasen | Financiering en dienstverlening waarbij het gebruik van een zaak voor langere tijd wordt afgestaan tegen betaling van een periodieke vergoeding. Degene die least krijgt wel de beschikking, maar niet de juridische eigendom. Bij `operationele lease` is de huurovereenkomst opzegbaar, daardoor komt het risico van veroudering en -meestal- het onderhoud voor rekening van de verhuurder. Bij `financiële lease` is de huurovereenkomst niet opzegbaar en zijn die kosten voor rekening van de huurder |
Legaat | Men vermaakt in een testament een omschreven zaak of een vastgelegd geldbedrag. |
Legataris | Degene die een legaat krijgt. |
Legator | Erflater die een legaat heeft gemaakt |
Leges | De vergoeding voor administratieve handelingen van overheden |
Legitieme portie | Bepaalde personen zijn via de wet aangewezen als erfgenaam, zij zijn `erfgerechtigd`. Bijvoorbeeld: de kinderen en de echtgeno(o)t(e). Sommige erfgerechtigde hebben bovendien recht op een wettelijk vastgelegd minimaal deel van de erfenis, ook al is een deel daarvan al weggeschonken of bij testament vermaakt aan anderen. Dit noemt men de legitieme portie. Kinderen hebben bijvoorbeeld zo`n legitieme portie en kunnen dus nooit helemaal worden onterfd. Een echtgeno(o)t(e) heeft geen legitieme portie en kan dan ook volledig worden onterfd |
Legitimaris | Iemand die recht heeft op een legitieme portie |
Levenhypotheek | Hypotheekvorm waarbij tijdens de looptijd niet wordt afgelost, maar waarbij aflossing plaatsvindt door middel van een `gemengde` levensverzekering die aan de hypotheek is verbonden. Deze keert uit aan het einde de looptijd of bij eerder overlijden. Behalve rente, is ook premie voor de levensverzekering verschuldigd. Het betreft een spaarhypotheek, beleggingshypotheek, spaarbeleggingshypotheek of een traditionele levenhypotheek |
Levenhypotheek met beleggingsoptie, (-keuze) | Een levenhypotheek waarbij de opbouw van het spaarkapitaal geheel of gedeeltelijk afhankelijk is van beleggingen. Omvat o.a. De `traditionele` levenhypotheken, beleggingshypotheken en andere tussenvormen. Bij de spaarhypotheek is het spaarkapitaal niet afhankelijk van beleggingsresultaten |
Levensverzekering | Een overeenkomst tot het doen van uitkeringen door een verzekeraar tegen premiebetaling door de verzekeringnemer, in verband met leven of overlijden van de verzekerde. |
Leveringen buiten het bestek | Sommige zaken levert de aannemer niet, maar hij moet er wel werk voor verrichten. Voor de aansluitingen op de nutsvoorzieningen moet hij bijvoorbeeld doorvoerhulzen in de fundering maken en sleuven in het terrein graven. |
Lijfrente(verzekering), (-hypotheek) | Verzekering waarvoor een periodieke of eenmalige (koopsompolis) premie wordt gestort en die op een vooraf overeengekomen datum tot uitkering komt. De uitkering bestaat uit een periodieke `lijfrente`. Deze kan gelden voor een bepaalde periode of voor onbepaalde tijd, namelijk zolang het `lijf` in leven is. De premie is tot een bepaald maximum fiscaal aftrekbaar; de lijfrentes zijn fiscaal belast. De lijfrenteverzekering kan ook worden gecombineerd met een hypotheek, waarbij de toekomstige lijfrentes geheel of gedeeltelijk worden gebruikt voor betaling/aflossing van de hypotheek |
Lineaire hypotheek | Dit is de meest eenvoudige hypotheekvorm die er bestaat. Elke pEriode, dit kan een maand, kwartaal of jaar zijn, wordt gedurende de looptijd een vast bedrag afgelost. Deze aflossing is zo opgebouwd dat gedurende de looptijd, de lening lineair wordt afgelost. Bij een lineaire hypotheek van 300000 wordt gedurende 30 jaar elk jaar 10.000 afgelost. Er moet alleen rente worden voldaan over de restant schuld. Het eerste termijnbedrag is bij deze vorm het hoogst en daalt elke periode. |
Loonbelasting | De belasting die uw werkgever of uitkeringsinstantie inhoudt op uw loon of uitkering. Daarbij wordt ook de premie volksverzekeringen ingehouden. Deze inhoudingen worden samen ook wel loonheffing genoemd. |
Loonbelastingbeschikking | Een eigen woningbezitter mag onder andere de hypotheekrente opvoeren als aftrekpost voor de inkomstenbelasting. In de meeste gevallen is het mogelijk de belastingaftrek vooraf te verrekenen, tegelijkertijd met de maandelijkse loonbetalingen. Hiervoor moet men bij de Belastingdienst een loonbelastingbeschikking aanvragen. |
Maatschappelijk gebonden eigendom | Vorm van eigen woningbezit in de sociale sector, waarbij de bewoner eigenaar is van de woning en de woningcorporatie verantwoordelijk is voor groot onderhoud. `Gebonden`: de eigenaar mag het huis niet op de vrije markt doorverkopen. |
Maatschappelijke gebondenheid | In sommige gemeenten krijgt men -onder een bepaalde koopprijs- slechts een huisvestingsvergunning als men een maatschappelijke binding heeft met die gemeente of de regio. |
Maisonnette | Gestapelde woning met een verdieping |
Makelaar | Verticale balk onder een nokgording |
Makelaar onroerend goed (o.g.) | Tussenpersoon die bemiddelt bij koop en verkoop van onroerende zaken, op naam en voor rekening van derden. |
MBV | Ook wel: modelbouwverordening. Voorbeeld voor de gemeentelijke bouwverordening, opgesteld door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten in samenwerking met de rijksoverheid. |
Meenemen van uw hypotheek | Bij verhuizing kan men soms de lagere rente van de lopende hypotheek `meenemen` naar de nieuw af te sluiten hypotheek op het nieuwe huis. |
Meerwerk | Bij nieuwbouw wordt op verzoek van de koper meerwerk verricht dan in het bestek is voorzien. Meerwerk is meestal relatief duur. |
Meldingsplichtig bouwwerk | Bouwwerk waarvoor geen bouwvergunning nodig is, maar dat wel schriftelijk moet worden aangemeld bij de gemeente. Na instemming van de gemeente kan worden gebouwd. |
Middelrente | Als de dagrente lager is dan de rente die u voor uw hypotheek betaalt, kan het voordelig zijn om uw hypotheek over te sluiten. Dit brengt meestal veel kosten met zich mee. De geldgever kan u in plaats van oversluiten aanbieden om het verschil in de dagrente en uw rente te middelen. Zo betaalt u een lagere rente en heeft u weinig kosten. |
Ministeriële beschikking | Een besluit van de minister ter invoering en nadere uitwerking van een wet of algemene maatregel van bestuur. Bij de totstandkoming zijn in het algemeen de ministerraad en de Raad van State niet betrokken. |
Minuut | Origineel van een authentieke (notariële) akte, die de notaris bewaart. |
Model bouwverorDening | Voorbeeld voor de gemeentelijke bouwverordening, opgesteld door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten in samenwerking met de rijksoverheid. |
Model koop-/aannemingsovereenkomst | Deze overeenkomst is vastgesteld door (o.a.) de consumentenorganisaties en de georganiseerde bouwwereld. Het is de meest gangbare overeenkomst voor het kopen van een nieuwbouwhuis. |
Model koopovereenkomst | Deze overeenkomst is vastgesteld door (o.a.) de consumentenorganisaties en de georganiseerde makelaardij. Het is de meest gangbare overeenkomst voor het kopen van een bestaand huis. |
Modelregeling verkoop huurwoningen | Opgesteld door de `vereniging eigen huis` en de overkoepelende organisaties van woningbouwverenigingen. Geeft spelregels voor de verkoop van huurwoningen aan zittende huurders. |
Modelverordening | Iedere gemeente heeft het recht haar eigen verordeningen op te stellen. Voor een aantal situaties zijn voorbeelden ontworpen door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Vaak stellen de gemeenten hun verordeningen dan in overeenstemming met het model op |
Monument | Een huis is een rijksmonument als het staat ingeschreven in het (rijks)monumentenregister. Het moet dan gaan om een woning van tenminste 50 jaar oud en van algemeen belang in verband met schoonheid, betekenis voor de wetenschap of volkskundige waarde (art. 1 Monumentenwet) |
Nabestaandenlijfrente | Lijfrenteverzekering waarvoor premie-aftrek mogelijk is. Voorwaarde is dat de verzekering recht geeft op een periodieke uitkering (lijfrente) die direct ingaat bij het overlijden van de verzekerde. Bij begunstiging aan een direct familielid (bijv. kind, klein- of pleegkind, broer, zuster) moet een tijdelijke lijfrente uiterlijk eindigen zodra de begunstigde 30 jaar wordt. Voor begunstiging aan de huwelijkspartner en anderen buiten de directe familiekring geldt deze beperking niet |
Nalatenschap | Datgene dat iemand achter laat na z`n overlijden: z`n bezittingen verminderd met z`n schulden. |
NAP | Normaal Amsterdams Peil, denkbeeldig horizontaal vlak over het hele land, vastgelegd in geregistreerde meetpunten. Vanuit het NAP wordt de hoogte van bouwwerken bepaald. |
Nationale Hypotheek Garantie (NHG) | Borg of garantstelling die door het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) wordt afgegeven voor een hypotheek. Voor het bedrag van de borgstelling kan de koper altijd een hypotheek afsluiten. Het inkomen van de koper, de lening en de woning moeten voldoen aan de normen van het WEW. De aanvraag loopt via de geldverstrekker of de tussenpersoon waar de hypotheek wordt afgesloten. |
Nationale Hypotheek Garantie (NHG) | Borg- of garantstelling die door het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) wordt afgegeven voor een hypotheek. Voor het bedrag van de borgstelling kan de koper altijd een hypotheek afsluiten. Het inkomen van de koper, de lening en de woning moeten voldoen aan de normen van het WEW. De aanvraag loopt via de geldverstrekker of de tussenpersoon waar de hypotheek wordt aFgesloten. |
Natrekking | Eigendomsverkrijging van een zaak die met een andere één geheel vormt of gaat vormen. Voorbeelden: beplanting op een erf wordt eigendom van de grondeigenaar, ook al is deze door derden aangebracht. Als u een huis bouwt op grond die al in uw eigendom is, wordt dat door natrekking uw eigendom zonder dat er een akte behoeft te worden opgemaakt bij de notaris |
Natuurlijke verbintenis | Op iemand rust naar objectieve maatstaven een dringende morele verplichting om een ander een uitkering te doen of verzorgd achter te laten. Is niet af te dwingen, ook niet via de rechter. |
Nederlandse Vereniging van Makelaars in Onroerende Goederen | Landelijke organisatie van beëdigde makelaars in onroerende goederen. |
Negatieve inkomsten eigen woning | Voor de inkomstenbelasting wordt onder andere het huurwaardeforfait als `opbrengst eigen woning` bijgeteld. Onder andere de betaalde hypotheekrente mag hiermee worden verrekend, waardoor het saldo (de `inkomsten eigen woning`) meestal negatief uitvalt. |
NEN | Nederlandse Norm. Vastgesteld door de Nederlands Normalisatie Instituut (NNI). Het bouwbesluit verwijst naar veel van deze NEN-normen. |
Netto maandlasten | Het bedrag dat u maandelijks kwijt bent aan hypotheeklast minus de terug te ontvangen belasting. |
Netto werkelijke rente | Drukt de werkelijke kostprijs van een hypotheek uit, rekening houdend met o.a. alle kosten die de bank in rekening brengt, de verzekeringspremie en met het te verwachten fiscale effect. |
Nibud | Het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (NIBUD) is een onafhankelijke stichting die het budgetteren propageert als hulpmiddel om de inkomsten en uitgaven binnen een particulier huishouden op elkaar af te stemmen, ook op langere termijn. |
Niet-wijzigingsbeding | Een hypotheekbeding waardoor de eigenaar de woning niet of niet zonder toestemming van de geldverstrekker mag wijzigen. |
Niet-zuivering | Een clausule in de hypotheekakte waarmee de geldverstrekker de vrijwillige verkoop van het onroerende goed kan tegenhouden wanneer de waarde waarschijnlijk niet voldoende is om de hypotheek af te lossen. |
Nietig verklaren | Op grond van de wet wordt een overeenkomst, vonnis, enz. buiten werking gesteld dan wel ongeldig verklaard. |
Nominale rente | De feitelijke marktrente, die wordt gevormd door de reële rente en het verdisconteerde inflatiepercentage. Door het verwerken in de rente van dit percentage compenseert de kredietverlener de geldontwaarding van de middelen die hij tijdelijk afstaat. |
Notaris | Een openbaar ambtenaar die door de overheid onder meer bevoegd is verklaard om bepaalde officiële stukken ( akten), zoals hypotheken en testamenten, op te maken. |
Objectsubsidie | Wordt verstrekt op grond van de kenmerken van het gebouw en niet die van de eigenaar of gebruiker. Bijvoorbeeld bereikbaarheidstoeslag. |
Omslagheffing | De heffing die de waterschappen opleggen aan de eigenaren van onroerende zaken om de kosten voor het kwantiteitsbeheer en de waterkering te dekken. |
Omzettingskosten | Ook wel: oversluitprovisie. Provisie die banken in rekening brengen bij het opnieuw afsluiten van een hypotheek (tegen een lagere rente). Als een hypotheek in een andere vorm wordt omgezet, spreekt men van omzettingskosten. |
Onbewoonde staat | Een huis is minder waard als het bewoond wordt dan wanneer het vrij te aanvaarden is. Dan kan de koper er immers direct zelf in gaan wonen. Vaak wordt 60% van die `vrije verkoopwaarde` aangehouden als `waarde in bewoonde staat`. |
Onbezwaard eigendom | Eigendom dat niet is belast met enig recht, zoals bijvoorbeeld een hypotheekrecht, een huurrecht. |
Onderhands | Actie zonder ambtelijke (notariële) tussenkomst. Twee partijen maken bijvoor-beeld onderling een akte op, of verkopen een zaak aan elkaar, zonder tussenkomst van een notaris |
Onderhandse aanbesteding | Men nodigt enige aannemers uit om een offerte te maken. |
Onderhandse akte | Akte die is opgesteld zonder tussenkomst van bijvoorbeeld de notaris. |
Onderpand | Bij een hypothecaire lening dient de onroerende zaak als onderpand. De eigenaar van het onderpand, bijvoorbeeld een huiseigenaar, is de hypotheekgever. De geldverschaffende instelling is degene die het onderpand aanvaardt, de hypotheeknemer. |
Onderzetting | Het beschikbaar stellen van onroerend goed als onderpand. |
Ongebouwde eigendommen | Niet bebouwde onroerende zaken, bijvoorbeeld een stuk bouwgrond, een perceel bosgrond, enz. |
Onroerende zaak | De grond en alles wat zich daarin of daarop bevindt, voor zover dat aard- of nagelvast daarmee is verbonden. Voorbeelden: bomen, vaste planten, een huis met alles wat daaraan aard- of nagelvast is verbonden of wat naar zijn aard bij het huis hoort, zoals dakpan-nen, deuren, keuken, enz |
Onroerende zaakbelasting | Wordt door de gemeente opgelegd aan eigenaren en gebruikers van woningen, grond en andere onroerende zaken. De onroerende zaakbelasting is gesplitst in een eigenarendeel, dat door de zakelijk gerechtigde wordt betaald en een gebruikersdeel, te betalen door de bewoner/gebruiksgerechtigde. Een eigenaar-bewoner betaalt beide delen. |
Ontbindende voorwaarde | Een mogelijkheid in het contract op basis waarvan de overeenkomst kan worden beëindigd. Wie gebruik wil maken van een ontbindende voorwaarde, moet dit zelf kenbaar maken aan de contractpartij. Bij de koop van een huis is het gebruikelijk om ontbindende voorwaarden op te nemen voor het verkrijgen van een passende financiering, en (indien van toepassing) voor een huisvestingsvergunning of Nationale Hypotheek Garantie. |
Ontvankelijk | Een klacht of protest komt in aanmerking voor behandeling door de instantie waar men zich toe wendt. |
Onverdeelde eigendom | De verdeling van bezittingen en schulden die gemeenschappelijk eigendom waren. Tot aan het moment van boedelscheiding is er sprake van `onverdeelde eigendom`. De boedelscheiding kan worden vastgelegd in een akte van scheiding en deling. |
Onzuiver inkomen | Totaal van de inkomsten, verminderd met de kosten. |
Oorspronkelijke hoofdsom | Het bedrag dat bij het aangaan van een hypotheek is geleend. In de loop der jaren kan de schuld dalen door aflossingen, vandaar de term `oorspronkelijke` hoofdsom. Boetevrije aflossingen zijn vaak mogelijk tot een bepaald percentage van de oorspronkelijke hoofdsom |
Open eind clausule/constructie | Clausule waardoor de looptijd van de hypotheek inclusief daaraan gekoppelde verzekeringen verlengd kunnen worden . |
Openbare verkoop | Uitvoeren van een vonnis, ook wel: executie |
Opeten van de eigen woning | Iemand die in de bijstand komt, moet -tot aan een bepaalde vrijstelling- zijn vermogen opmaken voordat recht op een uitkering ontstaat. Voor eigen woningbezitters geldt dit ook voor het in hun huis opgebouwde vermogen. Er is dan wel een extra vrijstelling |
Oplevering | Het moment waarop de ondernemer de woning `geheel gereed voor bewoning` overdraagt aan de koper. Men spreekt ook bij verbouwingen van een oplevering. |
Opnamekosten | Kosten die sommige banken berekenen bij een bouwfinanciering, steeds als er geld uit het bouwdepot wordt opgenomen |
Opplussen | Het geschikt maken van bestaande voorraad (woningen) voor groepen met specifieke woonbehoeften, zoals ouderen, alleenstaanden, enz. |
Opschortende voorwaarde | Voorwaarde in een overeenkomst die bepaalt dat de overeen-komst pas in werking treedt indien een bepaalde gebeurtenis zich voordoet. |
Opstal | Het gebouw, dus nadrukkelijk exclusief de grond. |
Opstalverzekering | De verzekering voor schade aan of tenietgaan van een huis, schuur, garage, enz. door bijvoorbeeld brand, blikseminslag, vandalisme. |
Opzegtermijn | Een hypotheek kan aan het eind van iedere rentevaste periode, bij verkoop, enz. worden opgezegd. Dit moet vaak enige tijd van tevoren worden aangekondigd. Geldt ook voor verzekeringen. |
Oriëntatie-opdracht | Men geeft een makelaar of bemiddelaar de opdracht om een huis of een stuk grond te zoeken. Deze opdracht kunt u in tijd en geografisch begrenzen |
Oudedagslijfrente | Lijfrenteverzekering waarvoor premie-aftrek mogelijk is. Voorwaarde is dat verzekering recht geeft op een levenslange periodieke uitkering (lijfrente), dat deze toekomt aan de verzekeringnemer zelf en dat de uitkering uitsluitend eindigt bij zijn overlijden |
Ouderenaftrek | Verhoging van de belastingvrije som beneden een bepaald inkomen voor mensen die op 31 december 1998, 65 jaar of ouder waren |
Ouderlijke boedelverdeling | De ouders maken over en weer een testament. Men stelt vast wie wat krijgt. Dit testament geldt alleen bij vererving tussen ouders en (klein)kinderen. |
Overbruggingskrediet | Lening om de tijd te overbruggen tussen de aankoop van een ander huis en de verkoop van de oude woning. Daarbij wordt van de overwaarde van het oude huis gebruik gemaakt. Meestal kan voor een beperkte periode een overbruggings-krediet worden afgesloten. |
Overbruggingslijfrente | Lijfrenteverzekering waarvoor premie-aftrek mogelijk is. Voorwaarde is dat verzekering recht geeft op een periodieke uitkering (lijfrente) die eindigt -behoudens eerder overlijden- in het jaar waarin de verzekeringnemer 65 jaar wordt of waarin hij met pensioen gaat. De uitkering mag in principe niet meer bedragen dan 121.464,- per jaar (tarief 1999) of 123.529,- per jaar (tarief 2000) |
Overdracht basisaftrek | Als een partner geen inkomen heeft, of een inkomen dat lager ligt dan de basisaftrek, kan de basisaftrek worden overgedragen aan de (meer) verdienendePartner. Een gedeeltelijke overdracht van de basisaftrek is niet mogelijk. |
Overdrachtsakte | De akte die door de notaris wordt opgemaakt bij de koop en verkoop van onroerende zaken. Deze akte wordt geregistreerd bij het Kadaster. De notariskosten zijn per 1-10-1999 binnen een marge onderhandelbaar. |
Overdrachtsbelasting | Deze belasting (6%) wordt geheven bij verkoop van bestaande onroerende zaken. Meestal niet inbegrepen in de koopsom. |
Overhevelingstoeslag | Sinds 1990 moet een werknemer bepaalde premies betalen die daarvóór de werkgever voor zijn rekening nam. Om dit mogelijk te maken krijgt hij een toeslag op zijn loon. |
Overlijdensrisicoverzekering | Verzekering die tot uitkering komt bij overlijden, waardoor de hypotheekschuld geheel of gedeeltelijk kan worden afgelost en de nabestaande(n) in het huis kunnen blijven wonen. Soms wordt een orv door de geldverstrekker verplicht gesteld |
Overmaat | Er wordt meer grond geleverd dan is overeengekomen. Meestal is in de koopakte vermeld dat de over- of ondermaat van de grond (tot een zekere grens) niet wordt verrekend. |
Overmacht | Men kan niet voldoen aan zijn (contractuele) verplichtingen door een voorval dat zich buiten zijn schuld en/of risico voordoet. |
Overnamebeding | Een mede-eigenaar krijgt bij overlijden van de andere eigenaar het recht om het aandeel van de ander(en) in de gezamenlijke eigendommen over te nemen. |
Oversluiten | Als de dagrente flink wat lager is dan de rente waartegen een hypotheek is afgesloten, lijkt het aantrekkelijk een nieuwe hypotheek af te sluiten tegen die lagere dagrente. De meeste banken hanteren hierbij echter ongunstige boeteclausules, de zgn. `contante waarde van het renteverschil` |
Oversluitprovisie | Provisie die banken in rekening brengen bij het opnieuw afsluiten van een hypotheek (tegen een lagere rente). Als een hypotheek in een andere vorm wordt omgezet, spreekt men van omzettingskosten. |
Overstapfaciliteit | Sommige hypotheekverstrekkers bieden de mogelijkheid om gedurende het eerste jaar of de eerste twee jaren een hypotheek met variabele rente om te zetten in een hypotheek met een rentevaste periode, of om een korte rentevaste periode om te zetten in een langere |
Overwaarde | Het verschil tussen de vrije verkoopwaarde van een huis en de restschuld van de hypotheek. Als u geld wilt bijlenen, gaat de geldverstrekker bij de bepaling van de overwaarde niet uit van de vrije verkoopwaarde maar van de executiewaarde |
P-biljet | Uitgebreid aangiftebiljet voor particulieren |
Pandrecht | Een beperkt recht op niet-registergoederen teneinde daarop bij voorrang een vordering te verhalen. |
Partnerconstructie | Niet de bank is eerste begunstigde van de uitkering uit de levensverzekering, maar de overblijvende partner. Daarmee wordt voorkomen dat de erfgenamen (een deel van) de waarde van de woning opeisen. |
Partnerpensioen | Pensioen dat de partner krijgt na overlijden van degene die het pensioen heeft opgebouwd. |
Partnerregistratie | Ongehuwden kunnen zich formeel alsPartners laten regi-streren. Dit heeft -op enkele uitzonderingen na- dezelfde gevolgen als een huwelijk |
Passeerdatum | Datum waarop de akte bij de notaris passeert |
Passeren | Dit is d formele handeling waarbij een akte bij de notaris door alle partijen wordt ondertekend. De verkoper en geldverstrekker tekenen veelal per volmacht. Zo hoeven zij niet op het werkelijke moment van passeren bij de notaris aanwezig te zijn. |
Perceel | Bij het Kadaster geregistreerd stuk grond, inclusief alle bebouwing |
Persoonlijk inkomen | De inkomsten uit arbeid, verminderd met de reis- en beroepskosten. Bij gehuwden wordt dit inkomen gebruikt om te bepalen wie bepaalde inkomsten en aftrekposten moet aan-geven. De echtgenoot met het hoogste persoonlijke arbeidsinkomen geeft de niet-persoonlijke inkomsten en aftrekposten van beide echtgenoten samen aan |
Planschade | Schade die een eigenaar van grond of gebouwen lijdt in verband met planologische wijzigingen. De eigenaar kan voor schadevergoeding in aanmerking komen. |
PM | Pro memorie, ter herinnering. Wordt vaak gebruikt bij begrotingen of kostenramingen als (nog) geen uitsluitsel bestaat over de kosten. |
Positieve/negatieve hypotheekverklaring | Onderhandse akte die op eerste verzoek van de geldverstrekker kan worden omgezet in een hypotheekakte. De akte kan als basis dienen voor een overbruggingsrekening courant krediet |
Precariorechten | 1. het recht om balkons, enz. boven de openbare grond te hebben. 2. het recht om openbare grond tijdelijk te mogen gebruiken, bijvoorbeeld in verband met een verbouwing |
Prefabbouw | Zoveel mogelijk onderdelen van het huis worden in de fabriek gemaakt en op de bouw gemonteerd. Daardoor wordt de bouwtijd verkort. |
Preferente crediteuren | Schuldeisers die een voorrecht hebben op alle of bepaalde goederen bij een faillissement, bijvoorbeeld de fiscus. |
Premiedepot | Geblokkeerde rekening, waarui automatisch premiebetalingen voor verzekeringen worden gedaan. |
Premiedepot | Geblokkeerde (spaar)rekening van waaruit automatisch premies worden gestort, bijvoorbeeld ten behoeve van de meeverbonden levensverzekering van een spaarhypotheek of andere levenhypotheek. |
Premiekoopwoning | Ook wel: sociale koopwoning. Koopwoningen met een meerjarige subsidie. Voorheen premie A- of premiekoopwoning |
Premievrijmaking | De afkoop van een lopende levensverzekering, waardoor de verplichting tot betaling van premie eindigt. Op hetzelfde moment wordt een nieuwe verzekering met dezelfde inhoud afgesloten, maar voor een lager verzekerd bedrag. |
Premiewoning | Woning waarbij de koper een eenmalige belastingvrije bijdrage van de overheid ontvangt |
Prestatie-eis | Een in maten of getallen uitgedrukt voorschrift m.b.t. een eigenschap van een bouwconstructie of -onderdeel. |
Presteren | Voldoen aan overeengekomen verplichtingen |
Privé-bezit | Bij ongehuwd samenwonenden is er sprakeVan gemeenschappelijk bezit en van privé-bezit. Privé-bezit is uitsluitend datgene dat men zelf gekocht en betaald heeft en waarvan het duidelijk is dat het niet voor gemeenschappelijk gebruik was bestemd. |
Privé-clausule | Een erflater of schenker bepaalt dat de erfenis of schenking niet in de gemeenschap van goederen valt van de erfgenaam of begiftigde. De clausule wordt ook wel uitsluitingsclausule genoemd. |
Pro memorie (PM) | Ter herinnering. Wordt vaak gebruikt bij begrotingen of kostenramingen als (nog) geen uitsluitsel bestaat over de kosten |
Pro resto hoofdsom | Schuldrest, het gedeelte van de oorspronkelijke lening dat nog openstaat na aftrek van alle gedane aflossingen op de hypotheek |
Procescertificaat | Document waarin wordt verklaard dat werkzaamheden voldoen aan bepaalde specificaties |
Productcertificaat | Verklaring dat een product voldoet aan bepaalde technische specificaties. Deze zijn vaak vastgelegd in een norm (bijvoorbeeld NEN, zie aldaar) of in een attest |
Programma van eisen | Voordat men een ontwerp maakt, worden eerst alle wensen en eisen omschreven waaraan het huis moet voldoen. |
Projectaanbieding | Bij nieuwbouw bieden banken soms hypotheken aan op gunstiger condities dan normaal. Er worden dan bijvoorbeeld rentekortingen verleend voor de eerste rentevaste periode, de afsluitprovisie is lager, enz. |
Publieke werken | Ook wel: Openbare Werken. Gemeentelijke dienst die zich bezighoudt met bouwwerken, bruggen, grondmechanica, riolering, gereedmaken van terreinen, wegen en beplantingen |
Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland | Instantie die in de meeste koop-/aannemingsovereenkomsten bevoegd is verklaard om geschillen tussen de bouwondernemer en de consument te beslechten |
Raad van State | Instantie die de regering adviseert over alle wetsontwerpen en algemene maatregelen van bestuur en die betrokken is bij Kroonberoep. Bij de afdeling Bestuursrechtspraak dienen procedures tussen burgers en overheid(sinstellingen). |
Recht van opstal | Recht om bijvoorbeeld een woning te hebben op de grond van een ander. |
Rechtsbijstandverzekering | Dekt de proceskosten en de kosten van juridische en andere deskundige bijstand in gevallen die in de polisvoorwaarden zijn genoemd. |
Reële rente | Het verschil tussen de marktrente en het inflatiepercentage |
Referentiebestek | Modelbestek waarvan de indeling en omschrijving als voorbeeld kunnen dienen. |
Regie | Werkzaamheden worden opgedragen voor een vast bedrag per uur. De eindprijzen staan dus niet van tevoren vast. De rekeningen van toeleveranciers worden apart opgevoerd. |
Registergoed | Een goed dat volgens de wet moet worden ingeschreven in bepaalde registers: grond, huizen, schepen, vliegtuigen. Door de inschrijving kan iedereen zien aan wie het toebe-hoort en of er een ander zakelijk recht (bijvoorbeeld een hypotheek) op rust. |
Regresrecht | Recht om terug te vorderen wat iemand heeft betaald voor een ander, bijvoorbeeld voor een hoofdelijke medeschuldenaar |
Rekenrente | De rente die eenVerzekeringsmaatschappij op haar beleggingen verwacht te kunnen behalen. Deze rente is van belang omdat verzekeringsmaatschappijen de ontvangen premies plegen te beleggen. Bij de bepaling van de hoogte van de premie wordt rekening gehouden met de rekenrente. Als het rendement op de beleggingen hoger is dan de rekenrente, ontstaat een voordeel voor de verzekeringsmaatschappij |
Rekenvergoeding | Aannemersvergoeding voor het calculatiewerk bij een offerte. Het is verstandig om vóór het laten uitbrengen van een offerte schriftelijk vast te leggen dat voor het calculatiewerk en voor de offerte geen kosten in rekening worden gebracht |
Rente bijschrijven | Bij ruime overwaarde kan men soms overeenkomen om met aflossen op de hypotheek te stoppen en bovendien de rente bij de schuld te laten bijschrijven |
Rente bijschrijven | Bij ruime overwaarde kan men soms overeenkomen om met aflossen op de hypotheek te stoppen en bovendien de rente bij de schuld te laten bijschrijven |
Rente tijdens de bouw | Als men een nieuw huis laat bouwen wordt er in termijnen betaald. Eerst de grond en vervolgens naarmate de bouw vordert de resterende termijnen. De hypotheek wordt op het moment van aankoop voor het gehele bedrag afgesloten en in depot gezet. De termijnen worden uit het depot opgenomen. Over het depot krijgt men een rentevergoeding. Deze is soms lager dan de hypotheekrente die moet worden betaald over de opgenomen bedragen. |
Rente-opslag | Verhoging bovenop het normale rentetarief als meer wordt geleend dan (bij de meeste geldverstrekkers) circa 75% van de executiewaarde van het huis. Vaak is de opslag hoger naarmate meer wordt geleend ten opzichte van de genoemde grens. De opslag geldt niet voor hypotheken met Nationale Hypotheek Garantie |
Rentebedenktijd | Bij veel hypotheken heeft men bij aanvang één of twee jaren de vrije keuze om te bepalen op welk moment de rente wordt vastgezet voor een nieuwe periode. Soms is er ook rentebedenktijd steeds vanaf één of twee jaar voordat een rentevaste periode afloopt. |
Rentefixatieperiode | Ook wel: rentevaste periode. Bij het afsluiten van een hypotheek wordt de rente voor een bepaalde periode vastgezet, bijvoorbeeld vijf of tien jaar. |
Rentegarantie | Hypotheekofferte waarin de aangeboden rente voor een bepaalde periode wordt gegarandeerd, zonder dat bekend is om welke woning het gaat |
Renteherziening | Het vooraf overeengekomen tijdstip waarop de rente voor een aangegane lening wordt herzien. |
Rentemarge | Het verschil tussen de (gemiddelde) debetrente en creditrente. Deze marge is de voornaamste bron van inkomsten van een bank. |
Rentemiddeling | Wanneer tijdens een rentevaste periode de hypotheek om wat voor reden dan ook wordt beëindigd en er wordt een nieuwe hypotheek afgesloten bij dezelfde geldverstrekker, kan die voorstellen om een gemiddelde aan te houden tussen de oude lagere rente en de hogere dagrente. Sommige banken zijn ook bereid via rentemiddeling vervroegd te verlengen. Rente-middeling kan ook aan de orde zijn bij het verhogen van de hypotheek |
Rentevaste periode | Bij het afsluiten van een hypotheek wordt de rente voor een bepaalde periode vastgezet, bijvoorbeeld vijf of tien jaar. |
Rentevrijstelling | Over eenBepaald bedrag aan ontvangen rente hoeft u geen belasting te betalen |
Reservefonds | Fonds met bijdragen van bijvoorbeeld appartementseigenaren voor toekomstige uitgaven, bijvoorbeeld voor groot onderhoud |
Restantschuld | Het restant van de schuld van de oorspronkelijke lening na aftrek van alle gedane aflossingen. |
Restitutie boeterente | Bij voortijdig aflossen i.v.m. verkoop berekenen hypotheekverstrekkers soms boeterente. Als u een nieuwe hypotheek bij dezelfde bank afsluit, krijgt u die boeterente over het algemeen terug. De nieuwe hypotheek moet u dan meestal binnen drie of zes maanden afsluiten |
Resultaatverbintenis | Een overeenkomst waarbij het resultaat van tevoren duidelijk vaststaat. Voorbeeld: opdracht tot het bouwen van een huis |
Retributie | Betaling voor overheidsdiensten, verschuldigd in rechtstreeks verband met het gebruik dat men er van maakt. Bijvoorbeeld leges voor een bouwvergunning |
Revisietekening | Tekening waarop achteraf exact de afmetingen en het verloop van bijvoorbeeld leidingen worden aangegeven |
Rijksrekenrente | Rente die levensverzekeringsmaatschappijen wettelijk moeten vergoeden over het door de verzekerde opgespaarde bedrag (momenteel 4%). Speelt bij een spaarhypotheek geen rol zolang de hypotheekrente hoger is dan 4%, omdat daar een rentevergoeding wordt aangehouden die gelijk is aan het percentage van de overeengekomen hypotheekrente |
Rioolrecht | Gemeentelijke heffing om de kosten van onderhoud aan en vervanging van het gemeentelijk rioleringssysteem te dekken |
Risicopremie | De premie voor de meeverbonden levensverzekering dient voor een deel om het overlijdensrisico te verzekeren (de `risicopremie`) en voor het overige deel om de aflossing bij elkaar te sparen (de `spaarpremie`). |
Risicoregeling, -verrekening | Door de overheid vastgestelde wijze van verrekenen van bepaalde materiaal- en loonkosten na een vooraf bepaalde datum. Risicoverrekening is in de model koop-/aannemings-overeenkomst uitgesloten. |
Roerende zaken | Alles wat niet tot de onroerende zaken behoort. |
RvA | Ook wel: Raad van Arbitrage, instantie die in de meeste koop-/aannemingsovereenkomsten bevoegd is verklaard om geschillen tussen de bouwondernemer en de consument te beslechten. |
Salderen van rente | De betaalde rente aftrekken van de ontvangen rente. Op het positieve saldo is de rentevrijstelling van toepassing. Resteert er een negatief saldo, dan is dat aftrekbare betaalde rente. De betaalde hypotheekrente blijft bij het salderen buiten beschouwing |
Salderingsregeling | De betaalde rente aftrekken van de ontvangen rente. Op het positieve saldo is de rentevrijstelling van toepassing. De betaalde hypotheekrente voor de eigen woning blijft bij het salderen buiten beschouwing |
Samenlevingsovereenkomst | Overeenkomst tussen twee of meer samenwonenden waarin afspraken zijn vastgelegd over bijvoorbeeld eigendomsverhoudingen, levensonderhoud, pensioenen, enz |
Saneringscontract | Overeenkomst dat een huis bewoond mag worden totdat de wijk wordt gesaneerd |
Scheiding en deling | De verdeling van bezittingen en schulden die gemeenschappelijk eigendom waren. Tot aan het moment van boedelscheiding is er sprake van `onverdeelde eigendom`. De boedelscheiding kan worden vastgelegd in een akte van scheiding en deling. |
Schetsplan | Tekening waarop globaal de vormen en afmetingen zijn aangegeven van plattegronden en gevels. Dient als eerste aanzet voor een ontwerp |
Schoongrondverklaring | Juridisch document waaruit blijkt dat geleverde (bouw)grond niet verontreinigd is met één van de stoffen die in de zgn. `leidraad Bodemsanering` worden genoemd. |
Semi-bungalow | Bungalow met schuine kap |
Senioren Thuistest | Test om te beoordelen of een huis geschikt is om op wat hogere leeftijd in te (blijven) wonen. De test omvat vragen over de woonomgeving, de veiligheid in huis, het gebruiksgemak, de toegankelijkheid en de aanpasbaarheid |
Serviceflat | De bewoner kan gebruik maken van centrale voorzieningen en diensten, bijvoorbeeld een huismeester, een maaltijdser-vice, medische zorg, enz. |
Servicekosten | De maandelijkse bijdrage die eigenaren van appartementen betalen en die dient voor het onderhoud en het schoonhouden van de gemeenschappelijke ruimten, voor het vormen van reserves, enz. |
Servituut | Ook wel: erfdienstbaarheid. Een last waarmee een stuk grond (erf) is belast ten gebruike en ten nutte van een erf dat aan iemand anders toebehoort. Bijvoorbeeld: het recht van overpad |
Sleutelklaar | Het huis wordt `sleutelklaar` opgeleverd, d.w.z. dat er in principe niets meer hoeft te gebeuren. Overigens kan de definitie van sleutelklaar opleveren per aanbieder verschillen, bijvoorbeeld: wel of geen wand- of vloerafwerking, enz. Controleer dus wat daar precies onder wordt verstaan |
Sloopvergunning | Vergunning die vereist is voor het slopen van een gebouw. Aan deze vergunning zijn voorwaarden verbonden m.b.t. de veiligheid |
Sociale huursector | Gesubsidieerde huurwoningen |
Sociale koopwoning | Koopwoningen met een meerjarige subsidie. Voorheen premie A- of premiekoopwoning |
Sondering | Onderzoek en registratie van de bodemgesteldheid naar draagkracht |